De ingebruikname en controle van opslagtanks voor chemicaliën volgens VLAREM. Aan welke voorwaarden moet uw tank voldoen om tot een positieve besluitvorming te komen.
1 of 57
Downloaded 64 times
More Related Content
Chemicaliën opslagtanks volgens vlarem controle en ingebruikname - seedays 2014
3. Technisch Bureau Verbrugghen
BTV voor professionelen
BTV,
afkorting van Technisch Bureau Verbrugghen,
is een Externe Dienst voor Technische Controle
en erkend controleorganisme, met meer dan 85 jaar
ervaring en 400 medewerkers in België.
4. Taak van BTV:
BTV heeft de wettelijke opdracht de (arbeids-)
veiligheid te onderzoeken door het uitvoeren
van wettelijk verplichte controles op machines
en installaties.
7. Opslag gevaarlijke producten & wetgeving
Binnen het Vlaams Gewest moet opslag van gevaarlijke producten
voldoen aan de algemene voorwaarden van hoofdstuk 4 en de
sectorale voorwaarden van hoofdstuk 5.17 van titel II van het
Vlarem.
 Art.4.1.7.2 Gevaarlijke vloeistoffen
1.Tenzij anders bepaald in de toepasselijke reglementering of in de milieuvergunning,
moeten bovengrondse tanks en/of vaten, die vloeistoffen van bijlage 2B en van
bijlage 7 van titel I van het VLAREM bevatten, in een inkuiping worden geplaatst,
die voldoet aan …
bestand tegen inwerking; weerstaan aan de vloeistofmassa; doorvoer van
leidingen; afstanden tot de wanden; inhoudsvermogen; enkel vloeistoffen die bij
vermenging geen reactie…
 Art.5.17.2 opslag van gevaarlijke vloeistoffen in ondergrondse houders
 Art.5.17.3 opslag van gevaarlijke vloeistoffen in bovengrondse houders
7
8. Indeling van gevaarlijke stoffen volgens Vlarem
In de VLAREM- wetgeving worden deze
ingedeeld in functie van hun
hoofdeigenschap en het vlampunt.
Bij twijfel geldt de indeling van het ADR.
Raadplegen van MSDS / veiligheidsinformatieblad.
8
9. Opslagplaats
de ruimten of plaatsen in gebouwen, ondergronds of in open
lucht, waarin de in dit reglement bedoelde gevaarlijke
producten in vaste houders of in verplaatsbare recipiënten
zijn opgeslagen in een hoeveelheid die het dagverbruik (24
uur) overschrijdt; hierbij wordt verstaan onder :
 vaste houders : houders welke worden gevuld of bijgevuld op
de plaats van gebruik;
 verplaatsbare recipiënten : houders welke worden gevuld of
bijgevuld op een plaats andere dan de plaats van gebruik;
9
10. Bestaande houders / Nieuwe houders
 bestaande houders P1/P2/P3/P4




(art.5.17.2.11 1 en art.5.17.3.19 1)
houders in gebruik op 1/9/1991 volgens ARAB niet ingedeeld
exploitatie vergund op 1/1/1993 of aanvraag hernieuwing in behandeling
houders gemeld vóór 1/7/1993
P3- houders inhoud 5.000L tot 20.000L, woning, gevuld vóór 1/8/1995
 bestaande houders andere dan P1/P2/P3/P4
 exploitatie vergund op 1/8/1995 of aanvraag hernieuwing in behandeling
 te verifiëren via vergunningen, verslagen, attesten
10
11. Bestaande houders / Nieuwe houders
 de bepalingen over de constructiewijze en de
installatiewijze van de houders en de afstandsregels
en verbodsregels gelden niet voor bestaande
houders.
(art.5.17.2.11 3 en art.5.17.3.19 3)
 bij vervanging van een bestaande houder, dient de
houder aan alle voorwaarden voor nieuwe houders
te voldoen , behalve aan de afstandregels.
(art.5.17.2.11 6 en art.5.17.3.19 6)
11
12. Soorten houders
 bovengrondse
 enkel- of dubbelwandige houder in inkuiping.
toegelaten
 dubbelwandige houder met permanent lekdetectiesysteem
zonder inkuiping.
toegelaten
 gelijkwaardig opvangsysteem.
in milieuvergunning
 ondergrondse ingegraven
 dubbelwandig
 gewapende thermohardende kunststof
 roestvast staal
toegelaten
toegelaten
toegelaten
 ondergrondse in een groeve geplaatst




enkel- of dubbelwandige metaal
gewapende thermohardende kunststof
roestvast staal
alternatief opslagsysteem met attest
12
toegelaten
toegelaten
toegelaten
toegelaten
13. minimale capaciteit van de inkuiping
(art.5.17.3.7)
binnen WW/BS
buiten WW/BS
inhoud alle houders
P1/P2/T+/T/E
grootste houder + 25% rest
of 1/2 totale inhoud
P3/Xn/Xi/O/C/N
inhoud grootste houder
P4/extra zware stookolie
opstaande randen
 bestaande houders moeten aan deze bepalingen voldoen vanaf 1/1/2003
(art.5.17.3.19 )
 met uitzondering van de tankenparken
13
14. bouw van de inkuiping
(art.5.17.3.6)
 inkuiping en fundering voor vaste houders ≥ 10.000L:
volgens code goede praktijk onder toezicht architect gebouwd
 klasse1 en klasse 2: aanvaarding code van goede praktijk via een attest
 vaste houders ≥ 50.000L: stabiliteitsstudie uitvoeren
 inkuiping vloeistofdicht, bestand tegen inwerking vloeistoffen
 enkel leidingen doorheen inkuiping: dichtheid verzekerd
14
15. Overvulbeveiliging
(art.5.17.1.17.4)
 verplicht bij alle vaste houders
 akoestisch signaal of automatisch afsluiten vloeistoftoevoer
 voor bestaande houders gelden volgende data:
P1/P2/P3/P4
WW/BG
1/8/1999
buiten WW/BG
1/8/2001
andere dan P
WW/BG
1/1/2004
buiten WW/BG
1/1/2006
15
16. standplaats van de tankwagen
(art.5.17.1.17 6)
 de standplaats van de tankwagen, de zones waar de vulmonden van
de vulleidingen gegroepeerd zijn en de vulzones bij de
verdeelinstallatie moeten zich steeds op het terrein van de
inrichting bevinden en moeten:




voldoende draagkrachtig en vloeistofdicht zijn
afvloei vloeistoffen naar een opvangsysteem
voor P1- en P2- producten in open lucht of onder luifel
geen groeven, kruipkelders, lokalen onder installaties
 niet van toepassing voor opslagplaatsen uitsluitend bestemd voor
de verwarming van gebouwen.
 evenmin van toepassing op opslagplaatsen van P3- en/of P4–
producten die in de 3de klasse zijn ingedeeld.
16
30. Binnenopstelling van dubbelwandige tank
GROEN:
wanneer de houder en de installatie voldoen aan de reglementaire bepalingen
(geldig voor 3 jaar)
ORANJE:
wanneer de houder en of de installatie niet voldoen aan de reglementaire
bepalingen, doch de vastgestelde inbreuken geen aanleiding kunnen geven of
hebben gegeven tot verontreiniging buiten de houder
(geldig voor 6 maand)
ROOD:
wanneer de installatie en of de houder niet voldoen aan de bepalingen en de
vastgestelde gebreken aanleiding kunnen geven of hebben gegeven tot
verontreiniging buiten de houder
30
31. Binnenopstelling van dubbelwandige tank
volgende beperkt onderzoek binnen 3 jaar
volgend algemeen onderzoek na 20 jaar
(zie conformiteitsattest)
31
35. Enkelwandige tanks in inkuiping
Geg.:
 tank1 40m³ enkelwandig H2SO4 96% (zwavelzuur)
 tank2 40m³ enkelwandig NaOH 50% (bijtende soda)
 bestaande inkuiping buiten
 betonnen inkuiping
 vulleiding op de rand van de inkuiping
 geen lospiste voorzien
Gevr.:controle
35
36. Inzage van het dossier
Reglementering: Vlarem II art.5.17.3.16


de milieuvergunning / meldingsformulier, eventueel de
bouwvergunning
verslag van bouwtoezicht of het conformiteitsattest van de houder
exploitant dient voor elke houder te beschikken over…






art.5.17.3.3 §2
attest van de overvulbeveiliging met vermelding prototypekeuring
attesten van de inkuiping bij houders vanaf 10 m³
attesten van stabiliteitsstudie vanaf 50 m³
de attesten betreffende de vloeistofdichte piste, KWS-afscheider
de zoneringsplannen bij P1/P2 producten
andere relevante documenten, eventuele bijzondere eisen van de
milieuvergunning of -inspectie
36
37. Enkelwandige tanks in inkuiping
Reglementering: Vlarem II art.5.17.3.16
 controle kenplaat op de houder
 onderzoek overvulbeveiliging
 afregelen en controle werking
 onderzoek naar zichtbare of organoleptisch waarneembare
verontreiniging
 opsporen van lekken of lekaanwijzigingen
 status van de platen, verbindingen en de stompen van de houder
37
38. Enkelwandige tanks in inkuiping
Reglementering: Vlarem II art.5.17.3.16
 status toebehoren als: afsluiters, temperatuur-, druk-,
niveaumeting en aarding
 onderzoek van de drukbeveiligings- en alarmtoestellen
 status van de buitenbekleding, de schildering en/of de
isolatie
 status van de funderingen en/of steunblokken met het oog
op de stabiliteit en de afwatering
38
39. Onderzoek van de inkuiping: inhoud, dichtheid,
verontreiniging, peilputten
Reglementering: Vlarem II art.5.17.3.16
 houders > 10 m³
=> inkuiping volgens code van goede praktijk (architect)
 klasse 1 en 2 ingedeeld
=> bevestigd door architect via attest
 houders > 50 m³
=> stabiliteitsstudie door architect
 bestand zijn tegen de inwerking van opgeslagen lekvloeistoffen
 voldoende sterkte bezitten tegen de vloeistofmassa bij lek grootste houder
 het onderzoek van de staat van de leidingen en de toebehoren binnen de
inkuiping
 doorvoeren leidingen => dichtheid dient verzekerd te blijven
39
40. Onderzoek van de inkuiping: inhoud, dichtheid,
verontreiniging, peilputten
 inhoud van de inkuiping
binnen WW/BS
buiten WW/BS
Inhoud alle houders
P1/P2/T+/T/E
grootste houder + 25% rest
of 1/2 totale inhoud
P3/Xn/Xi/O/C/N
inhoud grootste houder
P4/extra zware stookolie
opstaande randen
 afvoer hemelwater ïƒ regelmatig te verwijderen uit de inkuiping
 afstandsregels
 houders onderling:
 houders  binnenwand inkuiping:
40
0.5m
min.1/2 van de hoogste houder
41. Enkelwandige tanks in inkuiping
 leidingen
dichtheid verzekerd + corrosiebestand
 vulpunten
morsen vloeistoffen voorkomen
bevoorradingsslang met schroefkoppeling verbinden
peilmeting voorzien bij elke houder
pictogrammen / volgnummer / naam opgeslagen product
inhoudsvermogen
 standplaats tankwagen, zones waar vulmonden gegroepeerd zijn
voldoende draagkrachtig en vloeistofdicht
afvloei vloeistoffen naar opvangsysteem
41
42. Enkelwandige tanks in inkuiping
 producten met verschillende hoofdeigenschappen opslaan in
verschillende compartimenten d.m.v. wanden, veiligheidsschermen ed.
 H2SO4 96% zwavelzuur
 sterk zuur en zeer corrosieve, hygroscopische vloeistof
 opslag gescheiden houden van basen
 NaOH 50% soda
 natriumhydroxide is een sterke base
 opslag in een afgesloten recipiënt, in een vochtvrije omgeving,
gescheiden van zuren
42
43. Besluitvorming
? Gevaarlijke stoffen gescheiden opslaan
sterk zuur  sterk base
? Bestaande inkuiping gebouwd volgens code van goede praktijk?
attest?
? Betonnen inkuiping
vloeistofdicht / resistent ?
attest?
? Vulleiding / vulmond
vloeistofdicht / opvang?
attest?
? Standplaats tankwagen draagkracht / vloeistofdicht / opvang ?
attest?
? Onderaftap
bij lek loopt gans de tank leeg
? Pomp in de inkuiping
maatregelen treffen om heveleffect tegen te gaan
43
44. Besluitvorming
Reglementering: Vlarem II art.5.17.3.16
GROEN:
wanneer de houder en de installatie voldoen aan de reglementaire bepalingen
(geldig voor 3 jaar)
ORANJE:
wanneer de houder en of de installatie niet voldoen aan de reglementaire
bepalingen, doch de vastgestelde inbreuken geen aanleiding kunnen geven of
hebben gegeven tot verontreiniging buiten de houder
(geldig voor 6 maand)
ROOD:
wanneer de installatie en of de houder niet voldoen aan de bepalingen en de
vastgestelde gebreken aanleiding kunnen geven of hebben gegeven tot
verontreiniging buiten de houder
44
47. Dubbelwandige tank zonder
conformiteitsattest
 indien tank in goede staat is kan een regularisering
uitgevoerd worden door MD
 tekening beschikbaar?
 berekeningsnota beschikbaar?
 materiaalspecificaties?
 in en uitwendig onderzoek met dikte metingen
 controleren met berekeningsnota
 nieuwe berekeningsnota opstellen
 opstellen verslag van regularisatie
 opgelet, bij aanvang van een regularisering is het niet
zeker dat de tank ook een attest zal krijgen.
47
49. Ondergrondse brandstoftank
5.17.5 Brandstofverdeelinstallatie voor motorvoertuigen
 type houder







dubbelwandig metaal
gewapende thermohardende kunststof
roestvast staal
verbodsregels
opslag rechtstreeks onder gebouw benzine verboden
afstandsregels
tot perceelsgrens 3m
tot kelderruimte 2m
tot muur eigen
0.75m
tussen houders
0.5m
beveiligingssysteem tegen overvulling
verplicht automatische stop
permanente lekdetectie
verplicht (uitz. thermohardende/RVS < 5.000L)
kenplaat constructeur
verplicht
controle vóór plaatsing
verplicht door erkend MD
controle vóór ingebruikname
verplicht door erkend MD
49
50. Ondergrondse brandstoftank
5.17.5 Brandstofverdeelinstallatie voor motorvoertuigen
 periodieke onderzoeken
beperkt onderzoek 2jaar (WW 1j)
algemeen onderzoek 15jaar (WW 10j)
 ontluchtingsleidingen die uitmonden in openlucht:
3m boven maaiveld; 3m van perceelgrens; 3m van elke opening in een
lokaal
(ontluchtingspijpen onder luifel is verboden)
 vulpunt voor benzine:
op min. 2m van afstand van de rand van de houder
niet in een open of gesloten gebouw
op min. 3m van elke kelder en van perceelgrenzen
50
51. Ondergrondse brandstoftank
5.17.5 Brandstofverdeelinstallatie voor motorvoertuigen
 corrosiviteitsonderzoek:
metalen houder benzine verplicht vanaf 5.000L
metalen houder diesel
verplicht vanaf > 10.000L
 kathodische bescherming:
afhankelijk van corrosiviteitsonderzoek
 damprecuperatie fase 1 & 2
 zoneringsplan AREI:
vereist vóór aanvang der werken
 bouwvergunning van schepencollege
vereist vóór aanvang der werken
51
53. Handige checklist
 gaat het hier over een opslagtank?
 type tank?
dubbelwandig
enkelwandig in inkuiping
ondergrondse tank
 tank visueel nog in orde?
 conformiteitsattest met prototypenummer
 identificatieplaat en gevarensymbolen
 milieuvergunning
53
54. Handige checklist
 bouwvergunning indien van toepassing
 plaatsing van de houder
 fundering, vloerplaat in orde?
 afstandregels
 inkuiping
 resistent aan medium
 vloeistofdichtheidsattest
 inhoud
 bouwkundig attest (>10m³)
 stabiliteitsstudie (>50m³)
 leidingwerk degelijk en veilig uitgevoerd
54
55. Handige checklist
verslag vorige keuring beschikbaar?
ontluchting / drukbeveiliging
overvulbeveiliging of waarschuwingssysteem
met attest
lekdetectie
peilmeetinrichting
aarding indien van toepassing
damprecuperatie indien van toepassing
55
57.  wij beantwoorden graag al
jullie
vragen op onze stand
 de checklist kan u vanaf
morgen downloaden op onze
website
www.cgk-online.be
www.btvcontrol.be
57