More Related Content
Similar to Presentatie gulzigheid van bestuur 2011 (20)
Presentatie gulzigheid van bestuur 2011
- 1. Gulzig bestuur? Sandy Pauw Jikke Rigt Sietsma Roel van der Vlugt 14 oktober 2011
- 2. Onderzoek naar de ontwikkeling van de gulzigheid van de lokale overheid in de afgelopen 60 jaar in Nederland.
- 3. Probleemstelling Hoe gulzig is het lokale openbaar bestuur in Nederland en wat verklaart die gulzigheid?
- 4. Onderzoeksvraag Is er anno 2010 sprake van meer gulzig bestuur bij de lokale overheid ten opzichte van 1950 en 1980 in Nederland; welke factoren hebben hier mogelijk invloed op gehad?
- 5. Deelvragen 1. Wat verstaan we onder gulzig bestuur? 2. Welke aanwijzingen of idee谷n zijn vanuit de theories of political control of bureaucracy te vinden over ontwikkeling van gulzig bestuur? 3. Welke aanwijzingen of idee谷n zijn vanuit de rational choice theorie te vinden over ontwikkeling van gulzig bestuur? 4. Welke aanwijzingen of idee谷n zijn vanuit de theories of governance te vinden over ontwikkeling van gulzig bestuur? 5. Hoe gulzig was het lokaal openbaar bestuur in 1950? 6. Hoe gulzig was het lokaal openbaar bestuur in 1980? 7. Hoe gulzig was het lokaal openbaar bestuur in 2010? 8. Wat zijn opmerkelijke verschillen tussen deze drie onderzoeksmomenten? 9. Bevestigt/ontkent empirisch onderzoek de beweerde/vermoede ontwikkeling naar meer gulzig bestuur?
- 6. Methodiek Kwalitatieve onderzoeksmethode: Theoretisch onderzoek naar het concept gulzig bestuur Theoretisch kader om vanuit drie theoretische invalshoeken - theories of political control of bureaucracy, - de rational choice theory en - de theories of governance het fenomeen gulzig bestuur te verklaren Documentenonderzoek (inhoudsanalyse) bij twee Nederlandse gemeenten (Amsterdam en Utrecht) uit de jaren 1950, 1980 en 2010
- 7. Theories of political control of bureaucracy Dichotomie politiek/bestuur, waarbij politieke besluiten/ acties/actoren meestal de onafhankelijke variabelen zijn. Client responsiveness; co-management: het parlement maakt direct afspraken met de verantwoordelijke baas over beleidsvorming en beleidsuitvoering. Principal-agent theory Bureaucratie is meegaand t.o.v. politieke controle Politieke controlemechanismen zijn belangrijk De organisatie doet ertoe (dicht bij macht of niet) Uitspraken van influentials zijn belangrijk
- 8. Theories of political control of bureaucracy H0: Ambtenaren en politici handelen naar eigen overtuiging. Ha: Ambtenaren zijn volgend aan politici.
- 9. Rational Choice theory H0: De individuele ambtenaar en de individuele politicus proberen geen invloed aan te wenden om de burger tot economisch gewenst gedrag te verleiden. Ha: De individuele ambtenaar zal om zijn arbeidsplaats veilig te stellen eraan werken de burger te bewegen zich zo te gedragen als economisch gunstig is voor de overheid.
- 10. Theories of Governance Openbaar bestuur begeeft zich niet meer in een verticaal georganiseerde maatschappij, maar in een ongrijpbare samenleving met horizontale en netwerkstructuren. Overheid is niet meer de enige speler binnen het publieke domein; veel taken worden uitbesteed aan private partijen.
- 11. Theories of Governance H0: Politici gedragen zich als wetgevende macht, ambtenaren als uitvoerende macht. Ha: Politici en ambtenaren houden zich bezig met wetgeving en beleidsuitvoering in onderlinge samenwerking en in samenwerking met burgers en belangengroepen. Het groepsproces bepaalt uiteindelijk het resultaat.
- 12. Verschuiving van macht door decentralisatie: meer invloed naar street- Theories of level-bureaucrats political control of bureaucracy Toename van vraag naar legitimiteit en responsiviteit Nastreven Mate van Rational eigenbelang gulzigheid choice van theory Maximalisatie van bestuur eigen nut Invloed van bedrijfs- matig werken op Theories of handelen van politici governance Invloed van fragmentatie en afname gezag op handelen van politici
Editor's Notes
- #5: Gulzig bestuur als het te verklaren fenomeen, de afhankelijke variabele. Op zoek naar de verklarende/onafhankelijke variabelen.
- #7: Documentenonderzoek naar normgevend beleid.
- #8: Client responsiveness: de politici maken het beleid en zorgen voor budgetten waarbij zij professionals aanstellen om het werk uit te voeren. De professionals hebben een zo groot mogelijke handelingsvrijheid om de diensten te leveren in antwoord op de wensen en eisen van de klant.
- #10: Theorie gaat uit van het rationeel eigenbelang als belangrijkste motivator.