1. 15actualcare Editie 095 Jaargang 10 oktober 2015
DOSSIER: HR
Prof. dr. Neree Claes over het Clinical Leadership programma voor Professionals (CLeP)
Leiding geven is een groeiproces
Heel wat artsen hebben een leidinggevende functie als diensthoofd, hoofdgeneesheer, CEO, bestuurder of voorzitter. Het is aangetoond dat het aan-
stellen van artsen op bestuurlijke functies de effici谷ntie en kwaliteit van de instelling verhoogt. Een voorwaarde is wel dat deze artsen leiderschaps-
vaardigheden ontwikkelen, aldus professor Neree Claes. Ze is zelf arts met een MBA-opleiding en ontwikkelde het Clinical Leadership programma
voor Professionals (CLeP).
Authentiek leiderschap is voor mij
belangrijk. Om hierachter te komen
moet je in jezelf kijken. Je moet op zoek
gaan naar je intern kompas.
De zorgsector staat voor heel wat
uitdagingen. Hoe ziet u de taak van
leidinggevende artsen?
Professor Neree Claes: Er is nood aan artsen
met leiderschapsvaardigheden. Ik maak een
onderscheid tussen leiderschap en manage-
ment. Een leider is iemand die een beeld of
visie op de toekomst ontwikkelt. In zijn stra-
tegie bepaalt hij de krijtlijnen om deze visie
te bereiken. Hij hanteert een bepaalde leider-
schapsstijl, ge谷nt op zijn persoonlijkheid en
vaardigheden, en wil het team motiveren voor
het vooropgestelde doel. Een manager daaren-
tegen zorgt voor de verdere realisatie van deze
strategie, hij maakt de planning en beheert de
budgetten. In de gezondheidszorg zijn we op
zoek naar artsen-leiders. Vaak combineren art-
sen hun leiderschapstaken met het uitoefenen
van geneeskunde. Voor de haalbaarheid van
deze combinatie houden artsen zich bij voor-
keur bezig met leiderschap en stellen ze mana-
gers aan om managementtaken uit te voeren.
Leidinggevende capaciteiten maken geen
deel uit van de artsenopleiding. Vormt dit
een probleem?
Artsen zijn opgeleid om de beste medische
zorg te verstrekken. Ze doen dit binnen de
context van hun dienst, het ziekenhuis en de
gezondheidszorg. Artsen zijn zich bewust van
deze verschillende niveaus maar kennen niet
altijd de strategische verhoudingen, wetgeving
en financi谷le modellen. Daarnaast bezitten
artsen ook niet altijd de gepaste leiderschaps-
vaardigheden. Dit veroorzaakt vaak een span-
ningsveld tussen leidinggevende artsen en het
management van het ziekenhuis. Want artsen
zonder bijkomende leiderschapsopleiding en
managers zonder een geneeskundige oplei-
ding spreken een andere taal. Het is belang-
rijk dat de brug tussen deze twee inhoudelijke
werelden wordt geslagen. Sommige individu-
ele artsen zien dit in en gaan op eigen houtje
leiderschapsopleidingen volgen om de vertaal-
slag te kunnen maken. Recent namen enkele
ziekenhuizen zelf initiatieven om hun artsen
een dergelijke opleiding aan te bieden.
U maakte al vroeg kennis met leidinggeven.
Toen u 28 was, stuurde u 50 artsen aan. Hoe
ervoer u dat?
Ik was net afgestudeerd en groeide behoorlijk
snel door tot geneesheer-directeur. In zekere
zin was dat voor mij een vanzelfsprekende evo-
lutie. Al heel jong nam ik de taak van leider op
mij. Zo was ik destijds klasverantwoordelijke
en op 14 jaar fungeerde ik als leidster in een
jeugdvereniging voor kinderen met een beper-
king. Dat lag me heel goed, van nature uit heb
ik de neiging om te sturen en groepen te leiden.
Maar toen ik op mijn 28ste geneesheer-direc-
teur werd, was dat toch een grote uitdaging.
Voor een deel kon ik een beroep doen op mijn
natuurlijk talent in leidinggeven. Hier en daar
had ik wel wat losse cursussen gevolgd maar
ik miste specifieke vaardigheden. Op mijn 39e
wou ik groeien in de rol van leiderschap en
daarin investeren, daarom besloot ik de tweeja-
rige opleiding MBA aan Antwerp Management
School te volgen. Ik voelde de nood aan meer
theoretische achtergrond. Ik ben heel blij met
de keuze die ik maakte om me bij te scholen, ik
raad het iedereen aan. Heel wat leiders hebben
talent om leiding te geven en zijn daar goed in.
Maar er zijn altijd aspecten waarin je minder
sterk bent en die je kan leren. Het zijn groeikan-
sen die je moet aangrijpen.
Hoe zag uw groeitraject eruit op het vlak van
leiding geven?
Mijn preferenti谷le leiderschapsstijl is mensge-
richt, met name inspirerend. Ik ben een team-
player wat impliceert dat ik mijn mensen mo-
tiveer om samen het doel te bereiken. Dit sluit
aan bij wie ik ben, bij mijn persoonlijkheid. Van
nature neem ik bij voorkeur beslissingen met
mijn hart. Door te groeien heb ik bij belang-
rijke keuzes leren balanceren tussen mijn hart
en verstand. Concreet, in mijn groeiproces heb
ik mezelf leren kennen met mijn talenten en
vaardigheden maar ook met mijn werkpunten.
Nu laat ik mij omringen door mensen die sterk
zijn op die punten waar ik zwak in ben.
Ook ben ik door de jaren effici谷nter gewor-
den. Dit uit zich in een effici谷nt agendabeheer,
waarbij ik steeds balanceer tussen mijn drie
levenstaken van mama, echtgenote en profes-
sional. Ook heb ik geleerd hoe je effici谷nt ver-
gadert. Dit heeft als nadeel dat ik nu bij slecht
geleide vergaderingen gefrustreerd geraak. Ik
blijf er versteld van staan hoe ineffici谷nt som-
mige vergaderingen zijn; geen leiding, geen
agenda noch focus, slecht timemanagement,
geen afspraken.
Als laatste heb ik door mijn MBA-opleiding
meer zelfvertrouwen gekregen in leidinggeven.
Ik hecht veel belang aan verdieping en dit heb
ik tijdens deze opleiding gekregen. Ik vermoed
dat dit eigen is aan artsen die steeds willen
bijleren.
Momenteel bent u voorzitter van het
Wit-Gele Kruis in Limburg. Valt het leiding
geven nu gemakkelijker?
Dat is zeker zo. Het gaat nu om het aansturen
van 1.650 medewerkers. Deze opdracht had ik
niet aangekund toen ik 28 was. Ik maakte een
groeiproces mee en ontdekte facetten van me-
zelf: mijn persoonlijkheid, waarden, vaardig-
heden die ik moest bijschaven. Leiding geven,
is ontwikkelen. Je moet voortdurend groeien,
stilstaan bij je sterktes en zwaktes, investeren
in vaardigheden, je talenten naar boven halen.
Dit is een levenslang traject. Als leider komt
het er ook op aan om dat over te brengen naar
je medewerkers. Iedereen heeft talenten en
groeikansen en die moet je stimuleren en bij-
schaven.
Er zijn behoorlijk wat omschrijvingen van
leiderschap. Welke aanpak past bij de
zorgsector?
Onderzoek naar leiderschap in de zorgsector
toont aan dat transformationeel leiderschap
het beste werkt. Concreet betekent het dat je
een inspirerende of coachende leiderschaps-
stijl hanteert. Het accent ligt steeds op het na-
streven van een hoger doel, wij-gericht. Deze
leiders hebben charisma, wat inhoudt dat ze
een warme uitstraling bieden, kunnen overtui-
gen, inspirerend zijn voor hun omgeving. Ook
hechten ze belang aan teamwerk: ze nemen
een standpunt in, gaan op zoek naar de me-
ning van collegas, luisteren en coachen waar
nodig. Ze hechten veel belang aan zinvol werk
voor iedereen. De inspirerende stijl is meer
resultaatgericht en de coachende stijl is meer
mensgericht.
Kwaliteit hangt ook samen met authentiek
leiderschap?
Authentiek leiderschap is voor mij belangrijk.
Om hierachter te komen moet je in jezelf kij-
ken. Je moet op zoek gaan naar je intern kom-
pas. Start met de vragen: wie ben ik? Wat wil
ik? Wat zijn mijn waarden? Wat zijn mijn drijf-
veren? In functie van de antwoorden op deze
vragen maak je keuzes. Als je je leiderschap op
de antwoorden afstemt, dan ben je authentiek.
Concreet betekent het dat je gelooft in waar je
mee bezig bent. Dat je gelooft in het doel van
jouw team of organisatie. Zo krijg je energie
van wat je doet. Want leiderschap vraagt soms
veel inzet en is vaak heel complex. Ook moet
je soms tegen de wind invaren om het grotere
belang te dienen. Dit vraagt veel moed. Hierbij
kan je je heel eenzaam voelen. En soms twijfel
je aan de genomen beslissing. Maar het helpt
als je gelooft in het doel.
U volgde niet alleen zelf opleidingen, maar
werkte ook het programma CLeP uit voor
leidinggevende artsen. Hoe kwam dat tot
stand?
BrunoHolthof,voormaligCEOvanZiekenhuis
Netwerk Antwerpen ZNA was op zoek naar
een leiderschapsprogramma op maat van zijn
artsen. Voor mij, als arts met een bijkomende
MBA-opleiding, was dit een mooie uitdaging.
Ik heb een jaar de tijd genomen om een veld-
studie te doen. Ik ben met veel artsen gaan
praten om de specifieke noden te detecteren
en ik heb bestaande programmas bestudeerd.
Het programma dat ik voor AMS op basis van
de studie heb uitgewerkt, is modulair. De eerste
module is gericht op persoonlijk leiderschap.
De tweede module is gericht op het aansturen
van teams op basis van mensen en cijfers. In
de derde module zoemen we in op het gro-
ter geheel, change management, financieel
management, organisatie en cultuur, pati谷nt-
veiligheid en accreditatie. In functie van deze
modules ben ik op zoek gegaan naar waardige
faculty, een mix van artsen met MBA-opleiding
en management-professoren. In 2013 hebben
we het opleidingsprogramma van vijf dagen
voor de eerste keer gelanceerd binnen ZNA. De
daarop volgende jaren kende de opleiding een
groeiend succes. Momenteel wordt het pro-
gramma in een open opleiding aangeboden, dit
wil zeggen dat artsen zich vrij kunnen inschrij-
ven. Maar daarnaast bieden wij het programma
jaarlijks aan in vier verschillende ziekenhuizen
of netwerken. Per programma wordt een twin-
tigtal artsen opgeleid.
Wat beoogt u met de opleiding?
CleP is gericht op groei in leiderschap. Ik hoop
met deze opleiding een zaadje te planten bij
deelnemers zodat ze ge誰nspireerd geraken om
juiste keuzes te maken, om al dan niet door
te groeien in leiderschapsfuncties. Wie kiest
om door te groeien in een leiderschapsfunctie
krijgt handvatten waarmee men zelf aan de slag
kan. Eventueel kunnen ze zich nadien gericht
verder verdiepen in bepaalde vaardigheden.
Moet dit deel uitmaken van de
artsenopleiding?
De basisopleiding is behoorlijk gevuld met
klinische vakken. Het is pas zinvol om leider-
schapsvaardigheden aan te leren in een later
stadium van je carri竪re, als je beslist om bij-
komende leiderschapstaken op te nemen. Dit
hoeft geen tweejarig MBA te zijn maar een ver-
kort traject als CLeP volstaat. Uiteraard moet je
jouw opleiding afstemmen op je leiderschaps-
groei. Als je een functie van CEO/voorzitter
ambieert is een uitgebreidere opleiding zeker
aangewezen.
Hilde Pauwels
Prof. dr. Neree Claes
Prof. dr. Neree Claes is voorzitter van het
Wit-Gele Kruis Limburg, hoofdgeneesheer
bij vzw Sint-Gerardus en Tevona, profes-
sor aan UHasselt en Antwerp Management
School.