ݺߣ

ݺߣShare a Scribd company logo
Snellen 4,5,7 Visie, Eclectisch Werken, Gemeenschappelijke Factoren in de Hulpverlening
Hoofdstuk 4 VISIE Een samenstelling van referentiekaders en waardekaders
Wetenschappelijke   theorie / referentiekader Toepassingen/Praktijk/Methoden sociologisch Psychologisch Situationeel Waardekaders Psychodynamisch Experiëntieel Leertheoretisch sociaalpsychologisch systeemtheoretisch Soc.ecologisch maatschappelijk Social casework Psychosociale therapie Taakgerichte hv Cognitieve  gedragsbenadering gezinsbenadering groepswerk netwerkbenadering Emancipatorische hulp persoonsopvatting maatschappijopvatting professieopvatting Perspectief
Psychodynamisch Psychosociaal functioneren is uitkomst van omgang met innerlijke conflicten Symptomen en klachten worden veroorzaakt door conflict tussen intrapsychische wensen en het verbod daarop
Psychodynamisch Id  driften/aanvechtingen/impuls/irrationeel Ego Realiteit/controle Functies als waarnemen, integreren etc. Superego Geïnternaliseerde waarden en normen
Experiëntieel Congruentie tussen zelfconcept en ervaringen Therapeutische relatie als groeiervaring Geïntegreerd functioneren Zelfverwerkelijking
Experiëntieel moment-tot-moment empathie: een hoge mate van persoonlijke aanwezigheid: een egalitaire, dialogale houding:
Leertheoretisch Gedrag is aangeleerd (responsen) Waarneembaar en niet waarneembaar SOR, mens is een informatieverwerkend systeem Participatie bij constructie van eigen werkelijkheid
Leertheoretisch Probleeminhoudelijk Taakgericht Cognitieve methode  4G, gebeurtenis, gedachte, gevoel,gedrag Interactioneel Mwer is instrumenteel
Sociaalpsychologisch Sociale invloeden op individueel functioneren Individueel functioneren in sociaal opzicht
Systeemtheoretisch Persoon wordt beschouwd als deel van een systeem Binnen een systeem bestaan regels Interactie maakt die regels zichtbaar Grenzen bepalen de veranderbaarheid van een systeem Feedbackmechanismen
Systemisch Probleeminhoudelijk Probleem wordt in stand gehouden door regels binnen het systeem Probleem heeft een homeostatische functie Interventies om regels te veranderen Interactioneel Metapositie Invoegen Meerzijdige partijdigheid
Sociaalecologisch Primaat van de sociale omgeving Sociale netwerk Hulpbronnen zoeken Denk aan casemanagement
Maatschappelijk Invloeden en processen van buitenaf Etiketteringsprocessen Sociale controle Sociale integratie Politiek Sociaal beleid
Waardekaders Persoons Zelfredzaamheid Responsiviteit Weerstandsvermogen
Waardekaders maatschappij Ideologie Solidariteit Individualisme Verzet of verdragen Rollen
Waardekaders Professie Welke invulling geef je aan je beroep Profilering Bevoegdheden Taken, verplichtingen, afbakenen Instelling tegenover beroep
Hoofdstuk 5 Eclectisch-Integratief Werken
Hoofdstuk 5 Snellen Visies nader beschouwd Achtergronden van opkomst en ontwikkeling rond eclectisch-integratief werken Varianten Betekenis voor je visie voor de interactionele en voor de probleeminhoudelijke kant van het hulpverlenen
Eclectisch-Integratief Kiezende benadering Geen enkele stroming of methode is altijd goed voor alle cliënten. “ Scholen” groeien naar elkaar toe. Eclectisch : uit een veelheid het beste kiezen. Integratief: tot een eenheid smeden.
Oorzaken 400 therapieën Ene therapie niet duidelijk beter dan andere Geen enkele therapie voor elk probleem en voor elke cliënt toereikend Aanwezigheid gemeenschappelijke factoren Druk van buitenaf
Vervolg oorzaken Belang professioneel netwerk groter Grote verscheidenheid aan cliënten en problematieken binnen mw.
Drie argumenten Pragmatische,  beperking is nadelig voor cliënt. Theoretisch ,  één  theorie kan niet “alles” verklaren. Cognitief,  je kunt niet een totale probleemanalyse in één keer maken
Criteria Overeenstemmen met basisvoorwaarden mw. Relevant en praktisch hanteerbaar voor doel hulpverlening overdraagbaar en aan te leren stoelen op empirische evidentie
Varianten Technisch Gemeenschappelijke faktoren (vooral gericht op interactie) Theoretische integratie
Hoofdstuk 7 Gemeenschappelijke factoren in de hulpverlening
Gemeenschappelijke factoren ontwikkeling in de interactie: van hulpverlenerssturing naar cliëntsturing. enerzijds een verandering in bewustzijn en motivatie van de cliënt en  anderzijds een verandering in de aard van de interactie.
Gemeenschappelijke factoren Deze veranderingen treden niet (geheel) spontaan op.  Wat in de interactie levert nu een bijdrage aan deze motivatie en (wil tot) verandering? Er zijn, zoals gezegd, variabelen. Ik zou de volgende gemeenschappelijke factoren ofwel basisingrediënten willen benoemen
Gemeenschappelijke factoren A    Werkovereenkomst 
— een goede relatie tussen cliënt en hulpverlener die berust op zowel reële als toebedachte kwaliteiten van beiden      
Gemeenschappelijke factoren B   Kernprocessen  het aanbieden van een theoretisch denkkader(rationaIe) en een      werkmethode (procedure) die cliënt en hulpverlener aanspreken. catharsis, de mogelijkheid voor de cliënt tot het uiten van emoties respectievelijk het verminderen van emotionele spanning. middels (vaak subtiele en non-verbale) tekens                
 
Gemeenschappelijke factoren Desensitisatie  Inzichtelijk leren via     -  informatie krijgen      -  zelfexploratie      -  feedback Beïnvloeding door suggestie en overtuigen Bekrachtiging door hulpverlener
Variabelen in het beïnvloedingsproces Hulpverleners kenmerken Cliëntkenmerken Gevolgen voor de interactie
Variabele SocioDemografisch Leeftijd  Geslacht Seksuele voorkeur Etniciteit Socio-economische achtergrond
Variabele Ideologisch Religieuze overtuiging Algemeen menselijke waarden en normen Opvattingen mbt autonomie en verbondenheid
Variabele Pers Kwaliteiten Cliënt Gemotiveerd Nadenken eigen aandeel Positief zelfbeeld Positieve attributie mbt eigen succes Hoge inschatting eigen effectiviteit Interne beheersingsoriëntatie Laag reactance niveau
Variabele Pers Kwaliteiten Werker Zorgzaamheid, vriendelijkheid,belangstelling Openheid, informeel zijn Actief en praktisch zijn Duidelijkheid, directiviteit Deskundigheid Ingesteld op Yaviscliënten Gerichtheid op ‘therapeutische’ aanpak

More Related Content

Coll3 Snellen 457

  • 1. Snellen 4,5,7 Visie, Eclectisch Werken, Gemeenschappelijke Factoren in de Hulpverlening
  • 2. Hoofdstuk 4 VISIE Een samenstelling van referentiekaders en waardekaders
  • 3. Wetenschappelijke theorie / referentiekader Toepassingen/Praktijk/Methoden sociologisch Psychologisch Situationeel Waardekaders Psychodynamisch Experiëntieel Leertheoretisch sociaalpsychologisch systeemtheoretisch Soc.ecologisch maatschappelijk Social casework Psychosociale therapie Taakgerichte hv Cognitieve gedragsbenadering gezinsbenadering groepswerk netwerkbenadering Emancipatorische hulp persoonsopvatting maatschappijopvatting professieopvatting Perspectief
  • 4. Psychodynamisch Psychosociaal functioneren is uitkomst van omgang met innerlijke conflicten Symptomen en klachten worden veroorzaakt door conflict tussen intrapsychische wensen en het verbod daarop
  • 5. Psychodynamisch Id driften/aanvechtingen/impuls/irrationeel Ego Realiteit/controle Functies als waarnemen, integreren etc. Superego Geïnternaliseerde waarden en normen
  • 6. Experiëntieel Congruentie tussen zelfconcept en ervaringen Therapeutische relatie als groeiervaring Geïntegreerd functioneren Zelfverwerkelijking
  • 7. Experiëntieel moment-tot-moment empathie: een hoge mate van persoonlijke aanwezigheid: een egalitaire, dialogale houding:
  • 8. Leertheoretisch Gedrag is aangeleerd (responsen) Waarneembaar en niet waarneembaar SOR, mens is een informatieverwerkend systeem Participatie bij constructie van eigen werkelijkheid
  • 9. Leertheoretisch Probleeminhoudelijk Taakgericht Cognitieve methode 4G, gebeurtenis, gedachte, gevoel,gedrag Interactioneel Mwer is instrumenteel
  • 10. Sociaalpsychologisch Sociale invloeden op individueel functioneren Individueel functioneren in sociaal opzicht
  • 11. Systeemtheoretisch Persoon wordt beschouwd als deel van een systeem Binnen een systeem bestaan regels Interactie maakt die regels zichtbaar Grenzen bepalen de veranderbaarheid van een systeem Feedbackmechanismen
  • 12. Systemisch Probleeminhoudelijk Probleem wordt in stand gehouden door regels binnen het systeem Probleem heeft een homeostatische functie Interventies om regels te veranderen Interactioneel Metapositie Invoegen Meerzijdige partijdigheid
  • 13. Sociaalecologisch Primaat van de sociale omgeving Sociale netwerk Hulpbronnen zoeken Denk aan casemanagement
  • 14. Maatschappelijk Invloeden en processen van buitenaf Etiketteringsprocessen Sociale controle Sociale integratie Politiek Sociaal beleid
  • 15. Waardekaders Persoons Zelfredzaamheid Responsiviteit Weerstandsvermogen
  • 16. Waardekaders maatschappij Ideologie Solidariteit Individualisme Verzet of verdragen Rollen
  • 17. Waardekaders Professie Welke invulling geef je aan je beroep Profilering Bevoegdheden Taken, verplichtingen, afbakenen Instelling tegenover beroep
  • 19. Hoofdstuk 5 Snellen Visies nader beschouwd Achtergronden van opkomst en ontwikkeling rond eclectisch-integratief werken Varianten Betekenis voor je visie voor de interactionele en voor de probleeminhoudelijke kant van het hulpverlenen
  • 20. Eclectisch-Integratief Kiezende benadering Geen enkele stroming of methode is altijd goed voor alle cliënten. “ Scholen” groeien naar elkaar toe. Eclectisch : uit een veelheid het beste kiezen. Integratief: tot een eenheid smeden.
  • 21. Oorzaken 400 therapieën Ene therapie niet duidelijk beter dan andere Geen enkele therapie voor elk probleem en voor elke cliënt toereikend Aanwezigheid gemeenschappelijke factoren Druk van buitenaf
  • 22. Vervolg oorzaken Belang professioneel netwerk groter Grote verscheidenheid aan cliënten en problematieken binnen mw.
  • 23. Drie argumenten Pragmatische, beperking is nadelig voor cliënt. Theoretisch , één theorie kan niet “alles” verklaren. Cognitief, je kunt niet een totale probleemanalyse in één keer maken
  • 24. Criteria Overeenstemmen met basisvoorwaarden mw. Relevant en praktisch hanteerbaar voor doel hulpverlening overdraagbaar en aan te leren stoelen op empirische evidentie
  • 25. Varianten Technisch Gemeenschappelijke faktoren (vooral gericht op interactie) Theoretische integratie
  • 26. Hoofdstuk 7 Gemeenschappelijke factoren in de hulpverlening
  • 27. Gemeenschappelijke factoren ontwikkeling in de interactie: van hulpverlenerssturing naar cliëntsturing. enerzijds een verandering in bewustzijn en motivatie van de cliënt en anderzijds een verandering in de aard van de interactie.
  • 28. Gemeenschappelijke factoren Deze veranderingen treden niet (geheel) spontaan op. Wat in de interactie levert nu een bijdrage aan deze motivatie en (wil tot) verandering? Er zijn, zoals gezegd, variabelen. Ik zou de volgende gemeenschappelijke factoren ofwel basisingrediënten willen benoemen
  • 29. Gemeenschappelijke factoren A    Werkovereenkomst 
— een goede relatie tussen cliënt en hulpverlener die berust op zowel reële als toebedachte kwaliteiten van beiden      
  • 30. Gemeenschappelijke factoren B   Kernprocessen het aanbieden van een theoretisch denkkader(rationaIe) en een      werkmethode (procedure) die cliënt en hulpverlener aanspreken. catharsis, de mogelijkheid voor de cliënt tot het uiten van emoties respectievelijk het verminderen van emotionele spanning. middels (vaak subtiele en non-verbale) tekens                
 
  • 31. Gemeenschappelijke factoren Desensitisatie Inzichtelijk leren via     -  informatie krijgen      -  zelfexploratie      -  feedback Beïnvloeding door suggestie en overtuigen Bekrachtiging door hulpverlener
  • 32. Variabelen in het beïnvloedingsproces Hulpverleners kenmerken Cliëntkenmerken Gevolgen voor de interactie
  • 33. Variabele SocioDemografisch Leeftijd Geslacht Seksuele voorkeur Etniciteit Socio-economische achtergrond
  • 34. Variabele Ideologisch Religieuze overtuiging Algemeen menselijke waarden en normen Opvattingen mbt autonomie en verbondenheid
  • 35. Variabele Pers Kwaliteiten Cliënt Gemotiveerd Nadenken eigen aandeel Positief zelfbeeld Positieve attributie mbt eigen succes Hoge inschatting eigen effectiviteit Interne beheersingsoriëntatie Laag reactance niveau
  • 36. Variabele Pers Kwaliteiten Werker Zorgzaamheid, vriendelijkheid,belangstelling Openheid, informeel zijn Actief en praktisch zijn Duidelijkheid, directiviteit Deskundigheid Ingesteld op Yaviscliënten Gerichtheid op ‘therapeutische’ aanpak