Het belang van de context bij behandeling van probleemgedrag bij mensen met een verstandelijke beperking.
Kort overzicht van ontwikkelingen in wetenschappelijk paradigma, maatschappelijke context (UN Convention on the Rights of Persons with Disabilities, 2007), verschuivingen in de organisatie(cultuur) van ondersteuning, het ondersteuningsproces in kort bestek en een beknopt overzicht van implicaties voor behandeling van gedragsproblematiek.
Lezing 11.12.2014 Euregionaal Congresburo - Eindhoven
http://www.congresburo.com
1 of 37
Download to read offline
More Related Content
Eur congres11dec14 context.pptx
1. Landelijk
Symposium
Agressie
en
veiligheid
in
de
verstandelijk
gehandicaptensector
De
Context
Ontwikkelingen
in
verstaan
en
(be)handelen
Euregionaal
Congresbureau
11
december
2014
Eindhoven
Dr. Wil H.E. Buntinx
btc@buntinx.org
2. Er
is
niets
zo
prak/sch
als
een
goede
theorie
(Kurt
Lewin)
3. 3
Context
van
ondersteuning
De
manier
van
kijken
naar
probleemgedrag
be誰nvloedt
ons
handelen
en
behandelen.
Wetenschappelijke
ontwikkelingen
Maatschappelijke
ontwikkelingen
OrganisaLe
ontwikkelingen
Structuur
van
het
ondersteuningsproces
ImplicaLes
voor
behandeling
4. 4
De
Context
1.
Wetenschappelijke
ontwikkelingen
Defectmodellen
van
verstandelijke
beperking
Probleem
in
de
persoon
-足
syndroom
-足
geneLsche
afwijking
-足
ontwikkelingsstoornis
centraal
zenuwstelsel
-足
intelligenLetekort
-足
ontwikkelingsachterstand
-足
tekort
aan
vaardigheden
weinig
tot
niet
be誰nvloedbaar
Pathologische
modellen
Probleem
oplossen
fixen
repareren
-足
accepteren
van
5. De
Context
Wetenschappelijke
ontwikkelingen
Sociaal-足ecologische
modellen
van
verstandelijke
beperking
Probleem
in
de
interac8e
persoon-足omgeving
-足
verhouding
tussen
competenLes
van
de
5
persoon
en
verwachLngen
in
seVngs
-足
funcLoneren
is
dynamisch,
aXankelijk
van
de
seVng
en
ontwikkeling
persoon
-足
omgeving
en
ondersteuning
bepalen
mee
(kansen,
belemmeringen)
van
het
funcLoneren
Be誰nvloedbaar
door
ondersteuning!
Bevorderen
van
kwaliteit
van
bestaan
naar
6. 6
Sociaal-足ecologisch
model
van
de
omgeving
macrosysteem
exosysteem
mesosyseem
microsysteem
Persoon
chronosysteem
(U.
Bronfenbrenner)
7. 7
Sociaal-足ecologisch
model
macrosysteem
exosysteem
mesosyseem
Persoon
chronosysteem
(U.
Bronfenbrenner)
Microsysteem:
microsystemen
SeVng
=
Plaats
Face-足to-足face
relaLes
Elementen
=
AcLviteit
Rol
interpersoonlijke
relaLes
8. 8
Sociaal-足ecologisch
model
macrosysteem
exosysteem
mesosyseem
Persoon
chronosysteem
(U.
Bronfenbrenner)
microsystemen
Mesosysteem:
RelaLes
tussen
2
of
meer
seVngs
Zoals:
thuis,
school,
werk,
buurt,
vriendengroep,
9. 9
Sociaal-足ecologisch
model
macrosysteem
exosysteem
mesosyseem
Persoon
chronosysteem
(U.
Bronfenbrenner)
microsystemen
Exosysteem
SeVngs
buiten
de
persoon
maar
die
wel
invloed
uitoefenen
op
de
seVngs
waarin
de
persoon
zich
bevindt
Zoals:
zorgorganisaLe,
werk
van
ouders,
schoolbestuur,
zorgkantoor
10. 10
Sociaal-足ecologisch
model
macrosysteem
exosysteem
mesosyseem
Persoon
chronosysteem
(U.
Bronfenbrenner)
microsystemen
Macrosysteem
Gemeenschappelijk
tussen
micro-足,
meso-足,en
exo-足
systemen
op
niveau
van
cultuur,
waarden,
regels
Doorwerkende
cultuur
Zoals:
wegelijke
kaders,
zorgvisie,
sociaal-足poliLeke
kaders;
bijvoorbeeld:
neo-足liberale
klimaat,
New
Public
Management
(marktwerking,
controle,
kostenbeheersing)
11. 11
2.
Maatschappelijke
ontwikkelingen
1948
-足
Universele
Verklaring
van
de
Rechten
van
de
Mens
1971
-足
Universele
Verklaring
van
de
Rechten
van
Verstandelijk
Gehandicapten
1975
-足
Universele
Verklaring
van
de
Rechten
van
Mensen
met
een
Handicap
1994
-足
Standard
Rules
on
the
EqualizaLon
of
OpportuniLes
for
Persons
with
DisabiliLes
2006
-足
Conven8on
on
the
rights
of
persons
with
disabili8es
1996
/
2003
-足
Equal
opportuniLes
for
people
with
disabiliLes:
a
European
acLon
plan
2004
Included
in
society
(de誰nsLtuLonalisering)
De
Context
12. 12
Maatschappelijke
ontwikkelingen
Op
niveau
samenleving:
volwaardig
deel
uitmaken
van
de
samenleving:
burgerschap
toegang
tot
alle
hulpbronnen
(economisch,
sociaal,
cultureel,
zorg)
zoveel
mogelijk
gebruik
van
algemene
voorzieningen
parLcipaLe:
deelname
aan
het
maatschappelijke
leven
Func/e
van
beleid
en
zorgsystemen
Op
niveau
individu:
Kwaliteit
van
Bestaan
Func/e
van
individuele
ondersteuning!
13. 158
landen
hebben
ondertekend
(Belgi谷
en
Nederland
op
30
maart
2007)
150
landen
hebben
geraLficeerd
(Belgi谷
op
2
juli
2009
-足
Nederland
????)
Ar8kel
1
Universeel
waardenkader
voor
poli8eke,
sociale,
wetenschappelijke
en
professionele
ac8viteiten.
Bevorderen
en
beschermen
van
het
gelijkheidsbeginsel
in
de
maatschappelijke
parLcipaLe
van
alle
personen
met
een
handicap.
Ar8kelen
2
en
3
DefiniLes
en
een
aantal
algemene
principes.
Ar8kelen
4
tot
32
Belichten
verschillende
domeinen
van
de
samenleving,
van
gezondheid
en
inclusief
onderwijs
over
werk
tot
socio-足culturele
acLviteiten.
In
elk
van
deze
domeinen
wordt
toegelicht
welke
streefdoelen
voorop
gesteld
worden
om
in
dat
domein
de
parLcipaLemogelijkheiden
van
personen
met
een
beperking
op
gelijkwaardige
basis
mogelijk
te
maken.
Ar8kelen
33
tot
39
MonitoringorganisaLes
op
verschillende
niveaus
en
rapportering
over
gemaakte
vooruitgang
in
elke
betrokken
regio.
hgp://www.rijksoverheid.nl/documenten-足en-足publicaLes/kamerstukken/2008/03/18/vn-足verdrag-足inzake-足de-足rechten-足van-足personen-足met-足een-足
handicap.html
14. RelaLe
tussen
de
Kwaliteit
van
Bestaan
domeinen
en
het
VN-足Verdrag
inzake
de
rechten
van
personen
met
een
handicap
Domeinen
Kwaliteit van Bestaan
UN-Verdrag artikelen
Personlijke ontwikkeling Art 24
Zelfbepaling Art 14, 19, 21
Interpersoonlijke relaties Art 23
Sociale inclusie Art 8, 9, 18, 20, 27, 29, 30
Rechten Art 5, 6, 7, 10, 11, 12, 13, 15
Emotioneel welzijn Art. 16, 17
Fysiek welzijn Art 16, 25, 26
Materieel welzijn Art 22, 28
Schalock,
R.,
Luckasson,
R.,
Bradley,
V.,
BunLnx,
W.,
Lachapelle,
Y.
et
al.
(2012).
Users
Guide
to
Accompany
the
11th
Edi/on
of
Intellectual
Disability:
Defini/on,
Classifica/on,
and
Systems
of
Supports.
Applica/ons
for
Clinicians,
Educators,
Organiza/ons
Providing
Supports,
Policymakers,
Family
members
and
Advocates,
and
Health
Care
Professionals.
Washington:
AAIDD.
16. algemene diensten
winkelen
wonen
onderwijs
vrije tijdsbesteding
werk
gezondheidszorg
familie en relaties
Samenleving
17. algemene diensten
winkelen
wonen
onderwijs
vrije tijdsbesteding
werk
gezondheidszorg
familie en relaties
Samenleving
18. wonen
winkelen
onderwijs
ontspanning
famile
en
relaLes
werk
Instelling
wonen
werk
ontspanning
gezondheidszorg
onderwijs
gezondheidszorg
professionals
Dagcentra
Wooncentra
Beschermd
werken
Model A
algemene diensten
19. algemene diensten
winkelen
wonen
onderwijs
vrije tijdbesteding
werk
gezondheidszorg
familie en relaties
Model B
Professionele ondersteuning
faciliteert
20. algemene diensten
winkelen
wonen
onderwijs
vrije tijd
werk
gezondheidszorg
Familie en relaties
Model B+
Professionele ondersteuning
faciliteert
21. Cultuurverandering
in
professionele
hulpverlening
aan
mensen
met
een
verstandelijke
beperking
:
van
zorg
naar
ondersteuning
-足
van
zorgen
voor
naar
zorgen
dat
Zorg Ondersteuning
Alternatieven buiten samenleving Inclusie en participatie in samenleving
Inpassen in programmas en voorzieningen Ge誰ndividualiseerde ondersteuning
Gespecialiseerde hulpverlening Gewone 竪n gespecialiseerde ondersteuning
Doel: Opvangen Verzorgen - Ontwikkelen Doel: Kwaliteit van bestaan
Pati谷nt Leerling Medeburger
Persoon ontvangt Empowerment Eigen regie
Professionele bureaucratie谷n Klantgerichte organisaties
Informatie opslaan Informatie delen
Professional=expert, moet probleem fixen Professional is ondersteuningspartner
Gedelegeerd aan professionals Inspanning van de hele samenleving
Zorgen voor Zorgen dat
22. 22
De
Context
4.
Structuur
van
het
ondersteuningsproces
Vier
centrale
vragen
23. Vier
centrale
vragen
in
de
prakLjk
van
de
gehandicaptenzorg
1. Welke
zijn
de
beperkingen
en
de
mogelijkheden
in
het
funcLoneren
van
de
persoon?
2. Welke
zijn
zijn/haar
ondersteuningsbehoeren
?
3. Hoe
wordt
de
ondersteuning
het
best
gepland
en
gegeven
(persoonlijk
ondersteuningsplan
inclusief
behandelplan)
?
4. Is
de
persoon
er
beter
van
geworden
(effecten
uitkomsten
van
ondersteuning)
?
24. 24
Wat
is
er
aan
de
hand?
Ondersteuningscyclus
4
centrale
vragen
25. 1.
Wat
is
er
aan
de
hand?
Assessment
van
funcLoneren
AAIDD-足Model
WHO-足ICF
DSM-足5
26. 2.
Wat
is
nodig?
Assessment
van
ondersteuningsbehoeren
1.
Persoonlijke
wensen,
doelen,
voorkeuren,
waarden
?
2.
Professionele
vise
op
individuele
ondersteuningsbehoeren
?
Domeinen:
Huiselijke
acLviteiten
(wonen),
Samenleving
(parLcipaLe),
Leren
en
ontwikkeling,
Werken
/
dagbesteding,
Gezondheid
en
Veiligheid,
Sociale
acLviteiten
en
contacten,
BelangenbeharLging,
Speciale
Medische
behoeren
Speciale
GedragsmaLge
behoeren
3.
Risicos
risicoanalyse
27. 3.
Methodieken
ondersteuning
(voorbeelden)
Methodieken
gericht
op
versterken
eigen
kracht
van
cli谷nt
en
netwerk
Eigen
Kracht-足
Community
Support
Wraparound
Care...
Methodieken
gericht
op
Kwaliteit
van
Bestaan
AcLve
Support
Sociale
netwerkontwikkeling
Vlaskamp
Hooi
op
je
vork
Eigen
IniLaLef
Model
Oplossingsgericht
werken...
Specifieke
behandelmethodieken
Gedragstherapie
Triple
C
Systeemtherapie
-足
AsserLve
Community
Training
Psychiatrische
behandelvormen
EclecLsche
aVtude!
Community
Support
Wraparound
Care
Solu/on
Focused
Support
(F)ACT
Triple
C
29. 5.
ImplicaLes
voor
behandeling
De
Context
Ontwikkelingen
in
TheoreLsche
modellen
van
verstandelijke
beperking,
Waardenkaders
zoals
kwaliteit
van
bestaan,
inclusie
en
parLcipaLe
en
Veranderingen
in
de
organisaLe
van
zorg
aan
mensen
met
een
verstandelijke
beperking
hebben
de
context
voor
behandeling
van
probleemgedrag
en
psychiatrische
stoornissen
veranderd:
van
klinisch
denken
(welke
behandeling
en
voorziening
past
bij
dit
probleem)
naar
persoonsgerichte,
interdisciplinaire
en
team-足gebaseerde
ondersteuning
die
rekening
houdt
met
de
brede
sociaal-足ecologische
context
en
zoveel
als
mogelijk
plaatsvindt
in
de
samenleving.
Maar
wat
betekent
dit
voor
mensen
met
ernsLge
gedragsproblemen?
TradiLoneel:
een
effici谷nt
behandelplan
reduceert
snel
en
veel
probleemgedrag
Nu:
een
effici谷nt
behandelplan
draagt
bij
tot
de
kwaliteit
van
bestaan
van
de
persoon
(ook
29
wanneer
het
probleemgedrag
niet
is
verdwenen
of
weinig
afneemt)
de
persoon
heer
een
beter
leven,
heer
betere
kansen,
regie,
competenLes,
wederkerige
relaLes
Ondersteuningsplannen
(en
daarbinnen,
behandelplannen)
zijn
mulLdimensioneel
en
richten
zich
op
meer
dan
het
probleemgedrag
op
zich.
30. 30
ImplicaLes
voor
behandeling
ProacLeve
en
reacLeve
strategie谷n
ProacLeve
strategie谷n
zijn
gericht
op
veranderingen
op
langere
termijn
ReacLeve
strategie谷n
zijn
gericht
op
beheersen
van
gedrag
wanneer
dat
zich
voordoet
ProacLeve
strategie谷n
Ecologische
veranderingen:
aanpassingen
in
de
fysieke,
interpersoonlijke,
behandel-足
omgeving
gericht
op
het
bereiken
van
een
betere
fit
tussen
de
persoon
en
zijn/haar
seVng(s)
(groepsgrooge,
-足samenstelling,
lawaai,
drukte,
locaLe,
relaLes,
zinvolheid,
risicos)
PosiLeve
programmering:
veranderingen
in
de
vaardigheden
/
competenLes
van
de
persoon
adapLeve
vaardigheden
gerelateerd
aan
werk,
sociale
interacLe,
communicaLe,
huiselijke
acLviteiten,
gezondheid,
parLcipaLe
in
de
samenleving
(winkelen,
wandelen,
gebruik
voorzieningen),
opkomen
voor
belangen)
veranderen
van
specifiek
probleemgedrag
(omgaan
met
frustraLe,
kriLek,
uitstel,
afscheid)
Gerichte
ondersteuning:
niet-足aversieve
gedragstherapie,
selecLeve
bekrachLging,
token
economy,
medicamenteuze
ondersteuning,
dieet,
inzet
hulpmiddelen
ReacLeve
strategie谷n
Management
van
de
situaLe
gericht
op
korte
termijn
effect
Maakt
volwaardig
deel
uit
van
de
ondersteuning
31. Nederlands
Tijdschrift
voor de Zorg
aan mensen met
verstandelijke
beperkingen
Themanummer Forensische zorg voor mensen met LVB
Eindredactie: Robert Didden
Redactioneel 283
Middelengebruik en delictgedrag bij forensische cli谷nten met
een lichte verstandelijke beperking
J.E.L. Van der Nagel, N. van Duijvenbode, M. Trentelman en
R. Didden 288
Voorgeschiedenis en victimisatie bij vrouwen met een lichte
verstandelijke beperking (LVB):
Een vergelijking met vrouwen zonder een LVB en mannen
met een LVB
M. de Jong, B. Hogeveen, V. de Vogel en R. Didden 305
Forensische (F)ACT voor mensen met een lichte verstandelijke
beperking
Een beschrijving van de aard en ernst van de problematiek
van de cli谷ntenpopulatie
L. Neijmeijer, J. Verwoerd, O. Has, D. Eskes en
R. Didden 323
Opinie
Integratie van mensen met verstandelijke beperkingen is
noodzakelijk en onafwendbaar
Martin Schuurman 340
Boekbespreking 346
Berichten 351
Agenda 354
Publicaties 356
Themanummer
Forensische zorg
voor mensen met een
Lichte Verstandelijke Beperking
Middelengebruik en
delictgedrag
Victimisatie
Forensische (F)ACT
Opinie:
Integratie als keuze
40
jaar
NTZ
Nederlands Tijdschrift voor de Zorg aan mensen met verstandelijke beperkingen Jaargang 40, nr. 4 - december 2014
32. Dr.
Wil
H.E.
BunLnx
BunLnx
Training
&
Consultancy
Contact
www.bunLnx.org
btc@bunLnx.org
NTZ
NTZ
abonnement
www.ntzonline.nl
of
contacteer
Sonja
Geurts
s.geurts@vangorcum.nl
33. 33
Wat
is
er
aan
de
hand?
Bijlage
Mini-足cursus
van
rechts
naar
links
denken
息
W.
BunLnx
2014
34. Een
handige
manier
om
de
ondersteuningscyclus
te
oefenen
en
in
de
prakLjk
te
brengen
is
het
van
rechts
naar
links
denken
Van
stap
4
naar
stap
1
4.
Welke
uitkomsten
worden
gewenst?
Ieder
mens
streer
naar
geluk.
Met
geluk
wordt
dan
niet
bedoeld,
korte
momenten
van
extase
of
een
genotsgevoel
maar
een
tevreden
gevoel
met
het
leven
in
het
algemeen.
Leven
heer
vele
aspecten.
Het
kwaliteit
van
bestaan
model
(Schalock)
met
de
8
domeinen
is
een
hulpmiddel
om
dat
begrip
toegankelijk
te
maken.
Het
gaat
om
8
waarde-足gebieden.
Dat
zijn
domeinen
waar
mensen
waarde
aan
ontlenen;
die
belangrijk
zijn;
waar
zij
tevredenheid
kunnen
opbouwen.
Wat
iedereen
precies
in
het
eigen
leven
waardeert
kan
natuurlijk
zeer
verschillend
zijn.
Kwaliteit
van
bestaan
is
subjecLef.
Hoe
belangrijk
subjecLeve
tevredenheid
met
het
eigen
bestaan
ook
is,
de
samenleving
kent
ook
objecLeve
normen
met
betrekking
tot
een
goed
bestaan.
Denk
bijvoorbeeld
aan
bouweisen
met
betrekking
tot
huisvesLng,
minimum
inkomen,
gezondheid
en
voeding,
leerplicht,
werkomstandigheden
Met
wegen,
regels
en
voorzieningen
bepaalt
de
Samenleving
mee
wat
een
goede
kwaliteit
van
bestaan
is.
Bij
kwaliteit
van
bestaan
gaat
het
dus
om
zowel
objecLeve
als
subjecLeve
waarden.
En
ook
om
persoonlijke
voorkeuren
van
mensen
(wat
iemand
meer
of
minder
belangrijk
vindt).
35. Een
handige
manier
om
de
ondersteuningscyclus
te
oefenen
en
in
de
prakLjk
te
brengen
is
het
van
rechts
naar
links
denken
Van
stap
4
naar
stap
1
3.
Hoe
ondersteuning
plannen
en
realiseren
om
uitkomsten
te
bevorderen?
Mensen
met
een
verstandelijke
beperking
hebben
meer
dan
andere
mensen
hulp
nodig
om
een
goede
kwaliteit
van
bestaan
te
bereiken.
Het
plannen
van
die
hulp,
hoe
die
het
best
gegeven
kan
worden,
wie
daarbij
een
rol
spelen,
welke
middelen
daar
bij
worden
ingezet;
hoe
ondersteuning
in
de
Ljd
wordt
gepland;
hoe
ondersteuning
gevolgd
en
ge谷valueerd
worden
dat
alles
maakt
deel
uit
van
een
ondersteuningsplan.
Ieder
mens
verschilt;
en
iedere
persoon
met
een
beperking
heer
weer
andere
ondersteuning
nodig.
Daarom
is
een
ondersteuningsplan
per
definiLe
een
persoonlijk
plan.
Zon
plan
is
wenselijk
om
ondersteuning
goed
te
kunnen
organiseren.
Meestal
zullen
meerdere
mensen
en
misschien
ook
organisaLes
betrokken
zijn.
Een
ondersteuningsplan
is
een
hulpmiddel
om
overzicht
te
houden.
Een
ondersteiuningsplan
is
alLjd
een
artefact.
De
belangrijkste
afspraken
die
professionele
ondersteuners
met
de
cli谷nt
en
zijn/haar
vertegenwoordiger
maken
staan
in
het
ondersteuningsplan.
Professionele
ondersteuners
gebruiken
soms
meer
gedetailleerde
werkplannen
en
ook
behandelplannen.
Die
zijn
vaak
specifieker
of
technischer.
Werk-足
en
behandelplannen
horen
bij
een
ondersteuningsplan.
36. Een
handige
manier
om
de
ondersteuningscyclus
te
oefenen
en
in
de
prakLjk
te
brengen
is
het
van
rechts
naar
links
denken
Van
stap
4
naar
stap
1
2. Welke
zijn
de
ondersteuningsbehoeQen
van
de
persoon?
Ondersteuning
wordt
niet
zo
maar
gegeven.
Het
is
nooit
standaard.
Ondersteuning
is
ergens
op
gebaseerd.
Natuurlijk
is
ondersteuning
gericht
op
het
bevorderen
van
de
kwaliteit
van
bestaan
van
de
persoon.
Daarom
is
nodig
dat
we
weten
wat
daar
voor
nodig
is;
wat
de
behoere
aan
ondersteuning
is.
Om
een
ondersteuningsplan
te
kunnen
maken
moeten
we
weten
welke
ondersteuning
iemand
nodig
heer;
en
hoeveel;
hoe
vaak;
wanneer
wel
en
wanneer
niet.
De
ondersteuning
die
een
persoon
nodig
heer
hangt
vooral
af
van
twee
dingen:
De
wensen,
ambiLes,
interesses,
eigen
doelen
van
de
persoon
met
een
beperking.
Wat
wil
hij/zij
bereiken;
wat
wil
hij/zij
meer
in
het
leven;
wat
wil
de
persoon
veranderen
aan
zijn/haar
huidige
situaLe;
op
welke
gebieden
wil
de
persoon
meer
tevredenheid
over
zijn/
haar
bestaan
verkrijgen?
Wat
vinden
professionals
vanuit
hun
eigen
perspecLef
dat
de
persoon
nodig
heer
aan
ondersteuning?
Die
vraag
geldt
niet
alleen
de
wens-足gebieden
van
de
persoon.
Zij
geldt
vooral
voor
de
objecLeve
aspecten
van
kwaliteit
van
bestaan.
Als
de
ondersteuningsbehoeren
van
de
persoon
vanuit
deze
twee
perspecLeven
duidelijk
zijn
kan
er
gewerkt
gaan
worden
aan
een
ondersteuningsplan.
Daar
kijken
we
hoe
aan
die
behoeren
concreet
tegemoet
gekomen
kan
worden.
37. Een
handige
manier
om
de
ondersteuningscyclus
te
oefenen
en
in
de
prakLjk
te
brengen
is
het
van
rechts
naar
links
denken
Van
stap
4
naar
stap
1
1. Welke
problemen
heer
de
persoon
in
het
funcLoneren?
Ieder
mens
heer
ondersteuning
nodig.
Maar
mensen
met
een
(verstandelijke)
beperking
hebben
extra
behoere
aan
ondersteuning
(anders,
m辿辿r).
Dat
komt
voort
uit
aanwezige
stoornissen
(zintuiglijk,
motorisch,
verstandelijk,
emoLoneel),
door
beperkingen
in
acLviteiten
(lezen,
schrijven,
communiceren,
zich
verplaatsen,
tellen),
door
parLcipaLeproblemen
(om
te
winkelen,
naar
school
gaan,
te
werken,
te
wonen,
het
huishouden
te
doen).
Het
funcLoneren
kan
op
al
deze
gebieden
worden
be誰nvloed
door
een
aandoening
(syndroom
van
Down,
Epilepsie,
Fragile-足X,
bijkomende
ziekte,
psychiatrisch
beeld)
maar
ook
door
de
aard
van
de
omgeving
(waar
iemand
woont,
aVtudes
ten
overstaan
van
mensen
met
een
beperking,
aan-足
of
afwezigheid
van
ondersteuning,
iemands
sociale
netwerk,
toegang
tot
voorzieningen)
en
ook
door
persoonlijk
factoren
(zoals
man
of
vrouw
zijn,
ras,
geloof,
karakter,
levenssLjl).
Om
te
begrijpen
welke
ondersteuning
iemand
nodig
heer
is
het
nodig
dat
we
weten
waar
die
behoere
aan
ondersteuning
vandaan
komt.
Wat
zijn
de
problemen
in
iemands
funcLoneren?
Daarom
is
het
goed
om
systemaLsch
te
kijken
naar
problemen
in
het
funcLoneren
en
gelijkLjdig
naar
iemands
mogelijkheden
en
bijzondere
talenten.
Als
we
daar
zicht
op
hebben
begrijpen
we
beter
waar
de
ondersteuningsbehoeren
bij
een
bepaalde
persoon
vandaan
komen.