Les 1 communicatie Gerlach Instituut Eindhoven, jaar 1
1 of 20
Download to read offline
More Related Content
Gerlach instituut; les 1 een goed gesprek.ppt
1. Een goed gesprek
Wanneer hebt u het gevoel dat er goed
naar u is geluisterd?
Aandacht
Oogcontact
Goede verhouding praten-luisteren
2. Even geheugen opfrissen
Zender ->
Boodschap ->
Medium ->
Ontvanger ->
Gedurende het hele proces:
Ruis
Feedback
3. Zo ontstaat ruis (I)
Zender formuleert onduidelijk
Zender formuleert onvolledig
Zender formuleert onaantrekkelijk
Zender kiest verkeerde medium
Zender kiest de verkeerde woorden;
niet doelgroepgericht, bijv:
eloquent/welbespraakt
gedistingeerd/voornaam
4. Zo ontstaat ruis (II)
Ontvanger staat niet open voor
boodschap (afgeleid/niet
ge誰nteresseerd)
Zender luistert niet goed
Zender interpreteert (verkeerd)
Zender vult aan/in (aannames)
5. Hoe ruis ontstaat
Empirisch onderzoek: kinderspelletje
Fluister iemand een zinnetje in
Vraag deze persoon de boodschap
fluisterend over te brengen op de
volgende
Enzovoorts
Wat hou je aan het eind over?
6. Hoe pikken wij
boodschappen op?
Boodschappen worden als het ware
langs ons referentiekader gehaald:
Eerdere ervaringen (of onbekendheid)
Frustraties en traumas
Ooit een huis/auto gekocht/verkocht?
Ooit getrouwd (geweest)?
En? Smaakte het naar meer?
7. Voorbeeld
Denk aan je vader.
Warm gevoel: is/was een lieve,
zorgzame man, goed voor vrouw en
kinderen?
Verdriet/gemis: was vaak
afwezig/vroeg overleden?
Boosheid: sloeg/misbruikte vrouw
en/of kinderen?
8. Grootste valkuil
Aannames
To ASSUME is making an ASS of U
and ME. Voorbeeld:
- Je vader sloeg je dus? Je zult hem
wel ongelooflijk haten?!
Nee, dat doe ik niet. Het was
onmacht. Als hij niet dronken was, was
hij de liefste vader ter wereld.
9. Hoe te ondervangen? (1)
Parafraseren
Begrijp ik nou goed dat jij je jouw
vader herinnert als een lieve man?
Dus jouw vader was vaak van huis.
Hoe vond je dat?
Je vader had dus losse handen. Hoe
kijk je daar op terug?
10. Hoe te ondervangen? (2)
Doorvragen
Waarom herinner jij je vader als een
lieve man?
Werd je vader nooit boos?
Welke dierbare herinneringen heb je
aan jouw vader?
Denken jouw broers/zussen
hetzelfde over jullie vader?
11. Open en gesloten vragen
Gesloten vragen:
Ben jij een man/vrouw?
Ben je getrouwd?
Heb je kinderen?
Antwoord = ja of nee
12. Kenmerken gesloten vragen
Makkelijk te beantwoorden (ja of nee)
Eenvoudige, feitelijke informatie
opvragen of checken
Bij enqu棚tes: respondent op gemak
stellen, in antwoordmodus brengen: dit
valt best mee
13. Open vragen:
U moet een bankrekening openen.
Aan welke bank(en) denkt u als
eerste?
U gaat een nieuwe auto kopen.
Welke merk heeft uw voorkeur?
Als er nu verkiezingen zouden
worden gehouden, op welke partij zou
u dan stemmen?
14. Kenmerken open vragen:
Alle ruimte om te beantwoorden
Vergen nadenken
Zoeken vaak naar motivatie
(waarom/hoe)
Mittrailleurvuur
15. Werkwijze
U bent al halverwege, u haakt
niet meer af.
Open vragen gaan dieper:
waarom, hoeveel, hoe vaak.
17. Slechtnieuwsgesprek
Hang yourself
Zelf slachtoffer spelen
Sugar coating
Kom snel to the point, geef ruimte
voor emotie, zoek samen naar
perspectief
19. Welk ingredi谷nt is het belangrijkst
voor een goed gesprek?
Zender?
Boodschap?
Medium?
Luisteraar?
Confucius: "Een mens heeft 2 oren en
1 mond om 2 keer zoveel te luisteren
dan te praten.