7. Weerkaatsing energie van de zon
20% door de wolken
4% door het aardoppervlak
6% wordt verstrooid door gasdeeltjes
30% albedo
23% wordt geabsorbeerd door wolken en waterdamp (in
troposfeer)
Totaal: 47% van de kortgolvige zonnestraling bereikt
aardoppervlak. Dit wordt omgezet in warmte en door de aarde als
langgolvige straling teruggekaatst.
De langgolvige straling wordt eerst nog geabsorbeerd door wolken
en broeikas gassen en roet/stof
Met vertraging verdwijnt de lange golf straling naar de ruimte
Stralingsbalans is neutraal
8. Rayleighverstrooiing zorgt voor een blauwe lucht, die rood wordt als de door de
atmosfeer afgelegde weg dusdanig groot is dat al het blauwe licht uitgedoofd is
9. Plaatselijke variatie in straling
Stralingsoverschot tussen 35NB en 35ZB
Straling loodrecht
Korte weg door de sferen: minder reflectie,
absorbtie, verstrooiing
15. De wet van Buijs Ballot
Wind waait van een gebied met hoge druk
naar een gebied met lage druk.
Met de wind in de rug heeft wind op het
noordelijk halfrond altijd een afwijking naar
rechts en op het zuidelijk halfrond altijd een
afwijking naar links.
21. Zeewater
Is zout, afkomstig van opgeloste gesteenten
Bewegend watermassas aan de oppervlakte
noem je stromen of driften
22. Zeestromen
Temperatuur hangt af van herkomst
Afkomstig van de evenaar: warm
Afkomstig van de polen: koud
Richting hangt af van stuwing door de wind
boven het water
warm of koud is relatief en betekent warmer
of kouder dan je op een bepaalde breedte zou
verwachten
26. Thermohaliene circulatie
De circulatie ontstaat door:
Verschillen in dichtheid van oceaanwater:
door afkoeling neemt de dichtheid van water toe en
daarmee ook de hoeveelheid opgelost zout per
kubieke meter water. Koud en zout water daalt naar
de oceaanbodem. Er ontstaat een koudwaterstroom
die elders water naar boven stuwt. De
diepwaterpomp bij Groenland
wind: Op andere plaatsen blaast de wind warmer
oppervlaktewater weg zodat het koude water kan
opwellen
http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20110425_zeestromen01
33. Externe factoren
Ligging van de tecktonische platen op de aarde (=
een randvoorwaarde; waar ligt het gebied)
Baan van de zon (is een sturend mechanisme)
Variaties in hoeveelheid zonne-energie (is een
sturend mechanisme)
Effecten op lange termijn
Effecten op korte termijn
34. Interne factoren
Oceaan
IJs
Landoppervlak
Vegetatie
atmosfeer
Tussen de interne factoren bestaan oorzaak
gevolg relaties die versterkend of afzwakkend
werken.
41. Herhaling endogene krachten
Het gesteente vervormt in de mantel. Dat
komt door de temperatuurverschillen. Bij
een hogere temperatuur zet het gesteente
uit maar de massa blijft hetzelfde.
Daardoor komt het gesteente omhoog en
drukt het tegen de aardkorst aan. Waar het
koud is zakt het gesteente naar beneden.
De opwaartse en neergaande stroming
veroorzaakt breuken in de aardkorst
De aardkorst drijft op de mantel. Door
wrijving van de gesteentestroming
(convectie) aan de onderkant van de
aardkorst, beweegt de aardkorts mee in de
richting van de stroming
42. Divergente beweging: door het uit elkaar
drijven van de platen ontstaat een rug of/en
een rift.
Convergente beweging: Bij een botsing van
twee continentale platen ontstaat een
plooiingsgebergte; bij twee oceanische
platen of een oceanische en een
continentale, ontstaat een trog en een
opheffing (een bergrug)
Als bij een botsing tussen twee platen, de
ene onder de andere plaat schuift, dan heet
dat subductie. Door slabpull zakt de
aardkorst in de mantel en smelt en gaat weer
deel uitmaken van de convectiestroom.
Bij een transforme beweging schuiven twee
platen langs elkaar.
43. Nederland in het Perm 300-250 miljoen jaar bp.
De Zechstein zee:
ondergelopen
woestijnvlakte
ondiepe zee
sterke verdamping door
grote hitte(Nederland ligt
ongeveer Sahara locatie
30NB
Zoutafzetting onder Dode
Zee-achtige
omstandigheden
http://www.youtube.com/w
atch?v=YOdGSRl5wvg
46. Opdracht
Werk in tweetallen
Atlas pagina 193-196 of
overzichtskaarten
Basisboek paginas 42+45
Atacama
Hongkong
Perth
Cherapunji (staat niet in het
namenregister, wel op de kaartjes
p194-195))
Benoem het klimaat
volgens K旦ppen (geef
neerslag en
temperatuurwaarden)
Verklaar a.d.h.v.:
- ligging
- invloed reli谷f/hoogte
- invloed zeestromen
- invloed verschuiving
ITCZ/windpatronen
47. Atacama
Woestijn BW
Temp/neerslag:
- < 250 mm (15 mm jaarlijks)
- 0-20C
Ligging:
- rond 23ZB
- Dicht bij de kust
relief/hoogte:
- 610mtr.
- tussen de Chileense coastal range en de
Andes
- regenschaduw
zeestroming: coastal upwelling/ koud; weinig
verdamping
itcz: ligt permanent boven de evenaar in
westen van Zuid Amerika
wind: afgeschermd door de Andes van het
oosten; wind langs de kust voornamelijk
noordwest
48. Cherapunji
Google/Wiki: Ligging, zuidelijke zijde
(loef) Khasigebergte, 1484 m.
Temp: jul. 20-30 graden
jan. 10 graden
!!!!gereduceerd tot zeeniveau
Neerslag: jan. 25-50
mm
jul. 400 mm-meer
12063 mm
AW
Enorme variatie door moesons
ITCZ in juli net ten noorden van
Cherapunji
- juli, ZW moeson over warme
zeestroom
Stuwingsregen ten de loefzijde van
het gebergte
50. Door de plaatbewegingen ontstond
veel nieuwe oceaanbodem bij de
midoceanische ruggen. Die nieuwe
korst is dikker dan oudere
oceaankorst, omdat het net gevormd
is.
De oceanen waren dus erg ondiep,
waardoor de zeespiegel steeg en het
water over het land liep.
Smeltwater van de ijskappen kwam
ook in zee en het zeewater zette
door opwarming uit.
51. In het Krijt (120 miljoen jaar
66 miljoen jaar geleden) was het
CO2-gehalte op zijn hoogst.
CO2-gehalte nu: 385 delen per
miljoen luchtdelen.
CO2-gehalte Krijt: 4.000 tot 5.000
delen per miljoen (schatting). Dit is
20 keer zo veel.
Oorzaak: snel uiteendrijven van de
platen. Door dit vulkanisme kwam er
veel CO2 vrij.
53. Koolstofcyclus
Dit koolzuurgas is uiteindelijk in dikke
kalklagen terechtgekomen via de
koolstofcyclus.
De CO2 in de lucht verbindt zich
met waterdruppels en vormt
koolzuur (H2CO3). Dit valt samen
met de neerslag naar beneden op
de gesteentes op aarde.
Mineralen (Ca, K, Na) in
gesteentes lossen op en vormen
klei (Verwering)
Dit komt uiteindelijk via
grondwater en rivieren in de zee.
De klei en de koolzuur worden,
door organismen omgezet in
kalkskeletten en later afgezet en
omgevormd tot kalklagen.
55. Actualiteitsprincipe
De kennis van de omstandigheden
en de processen in het verleden
helpen om dat wat er nu en in de
toekomst gebeurt, beter te begrijpen.
Het verleden is de sleutel tot het
heden.
Maar ook: het heden is de sleutel tot
het verleden. Processen in het
verleden verlopen op dezelfde
manier als tegenwoordig.
56. Verandering
Tussen Krijt en Tertiair een
abrupte klimaatverandering.
90% zeeleven verdween.
70% flora en fauna op
aarde verdween.
Er wordt nog steeds onderzoek
gedaan naar wat er precies is
gebeurd.
Een bekende theorie is die van
een geweldige meteorietinslag.
59. Equivalent per breedtegraad
Bv.: tijdens de koudste
periode van het Elsterien
ontvangt de 65ste
breedtgraad gedurende
ongeveer 5000 jaar de
zonne -energie die
normaal is voor de 79ste
breedtegraad
De Milankovitch curve is een
berekening van
ontvangen zonne-energie
die ontvangen is op
Aarde, waarin de
bewegingen van de Aarde
zijn verwerkt.
63. Risicos van klimaatverandering
Intergovernmental Panel on Climate Change ( IPCC) doet zelf
geen onderzoek, maar evalueert wetenschappelijk onderzoek:
de waterbalans thermische expansie: smelten landijs en
uitzetten zeewater
bedreiging biodiversiteit
kwetsbaarheid kustgebieden: erosie en overstroming
landbouw en visserij: effect op productiviteit
industrie: relatie met versterking broeikaseffect
gevaren voor gezondheid
http://aardrijkskundegymnasiumhilversumon.yurls.net/nl/p
age/898234#topboxes
64. De hockeystick
De globale
temperatuurstijging is
een feit
Over de oorzaken wordt
gediscuseerd
enorme belangen
65. Belangrijke conclusie deel I
klimaatrapport
Opwarming zet door
De mondiale temperatuur
aan het aardoppervlak is
tussen 1880 en 2012 met
0,85 graden Celsius
gestegen. Er is nauwelijks
twijfel dat de
klimaatverandering van de
afgelopen zestig jaar
grotendeels het gevolg is
van door de mens
veroorzaakte uitstoot van
broeikasgassen.
68. conclusies In de klimaatscenarios
KNMI
Ontwikkeling
de opwarming zet door, hierdoor
komen zachte winters en warme
zomers vaker voor
de winters worden gemiddeld
natter en ook de extreme
neerslaghoeveelheden nemen toe
de hevigheid van extreme
regenbuien in de zomer neemt toe,
maar het aantal zomerse
regendagen wordt juist minder
de berekende veranderingen in het
windklimaat zijn klein ten opzichte
van de natuurlijke grilligheid
de zeespiegel blijft stijgen
http://aardrijkskundegymnasiumh
ilversumon.yurls.net/nl/page/
Gevaren
s zomers verdroging en
vochttekort
verzilting
landbouwgebieden
overstromingen door
extreme piekafvoer rivieren
zee doorbraken
moeilijke afvoer
moeilijkheden
zoetwatervoorziening
http://www.deltacommissie.co
m/film
71. Gevolgen
klimaatverandering
Sterkere invloed natte moesson:
hoger debiet rivieren
Zeespiegelstijging : overstroming
kustgebieden
Krachtigere en meer tropische
stormen: hogere vloedgolven
Schade aan landbouwgrond
(verdrinking en verzilting) en veel
slachtoffers
74. jaarlijks 12063 mm
december t/m februari
nauwelijks neerslag
ITCZ in juli net ten noorden
van Cherapunji
Stuwingsregen ten de
loefzijde van het gebergte
76. Rivier overstromingen
Rivier overstromingen zijn normaal en nuttig
Wel of geen dijken; wie betaalt?
http://www.youtube.com/watch?v=h3wAS5qgnc
A
http://www.youtube.com/watch?v=VWUtIZ0Zil0
77. Wel of geen dijken?
Voedselproductie is afhankelijk van slib
afgezet door overstromingen; natte rijstbouw
Dicht bevolkt, 159 miljoen mensen; veel
voedsel nodig
Als ramp toeslaat veel doden en miljoenen
daklozen, 130000 doden in 1991: In 1998, 35
miljoen daklozen door overstroming
81. Waar zijn de pijlen van W18?
De evenwichtslijn geeft
de scheiding aan tussen
het deel van de gletsjer
waar in een jaar netto
meer ijs aangroeit dan
smelt, en het deel van
de gletsjer waar in een
jaar netto meer ijs smelt
dan aangroeit. Als het
warmer wordt verschuift
de evenwichtslijn dus
naar boven
82. CO equivalent
De emissie van alle gassen wordt teruggerekend naar
CO
Om vergelijking en verrekening gemakkelijker te
maken
83. Maatregelen
Twee soorten maatregelen:
brongerichte maatregelen het structureel aanpakken van een
verhoogde CO2-uitstoot
Symptoombestrijding effecten milieuvervuiling worden
bestreden, oorzaken niet aangepakt
84. Ieder bedrijf heeft een emissieplafond
Door het teruglopen
van de productie
wereldwijd als gevolg
van de crisis, blijven
de emissierechten
van veel bedrijven
onbenut. Het aanbod
van deze rechten op
de markt is enorm
gestegen waardoor
de prijzen flink zijn
gedaald. CO2 uitstoot
is spotgoedkoop
waardoor de prikkel
om in CO2
beperkende techniek
te investeren is
teruggelopen.