3. . Bekijk de volgende slideshow aandachtig. . Als je alle informatie hebt gelezen, klik je door naar de volgende slide. . Voer de opdrachten uit met behulp van je cursus en je atlas. Opdrachten hebben een paarse kleur. Klimaat- en vegetatie in Europa
4. Het klimaat heeft een grote invloed op de natuurlijke plantengroei. Een ander woord voor “natuurlijke plantengroei” is vegetatie . Bij elk klimaat hoort dus een vegetatietype. Klimaat- en vegetatie in Europa
5. Je determineerde al negen klimatogrammen binnen Europa. (Zie bijlage 6) Controleer met de volgende slides of je de juiste klimaat- en vegetatietypes vond. Klimaat- en vegetatie in Europa
15. In je cursus op p. 8 vind je de klimaat- en vegetatiekaart van Europa. Neem deze er bij. Klimaat- en vegetatie in Europa
16. De lijnen op de facetkaart zijn de grenzen van de klimaat- en vegetatiezones binnen Europa. Klimaat- en vegetatie in Europa
17. Zoek nu ook in je atlas de klimaatkaart van Europa. Klimaat- en vegetatie in Europa
18. Noteer op je facetkaart de namen van de verschillende klimaten in Europa. Een voorbeeld hiervan zie je op de volgende slide. Klimaat- en vegetatie in Europa
19. De facetkaart van het klimaat (figuur 4) Voorbeeld: Koelgematigd met zachte winter
20. De facetkaart van het klimaat (figuur 4) Vul nu zelf de zes andere klimaten aan. Koelgematigd met zachte winter
21. De facetkaart van het klimaat (figuur 4) De verbetering zie je op de laatste slide.
22. Besluit - je kunt de verschillende klimaten ook op de Europese kaart terugvinden. - je kunt elk klimatogram determineren. Klimaat- en vegetatie in Europa
24. Het klimaat op een bepaalde plaats bepaalt welke plantengroei er kan voorkomen. We onderzoeken de plantengroei per klimatogram. VOORWAARDE 1 Een plant groeit enkel in natte maanden. Weet je nog hoe je een natte maand herkent op een klimatogram? Klimaat- en vegetatie in Europa
25. VOORWAARDE 1 Een plant groeit enkel in natte maanden. Markeer de natte maanden op elk klimatogram van bijlage 6 in de rij waar de neerslagwaarden staan. Voorbeeld op de volgende slide: Klimaat- en vegetatie in Europa
26. Klimatogram 9 : Palermo (Italië) Natte maanden zijn gemarkeerd WARMGEMATIGD MET NATTE ZOMER HARDBLADIGE VEGEGATIE
27. VOORWAARDE 2 Een plant groeit enkel in natte maanden. Planten groeien niet bij temperaturen onder 6°C. Markeer op elk klimatogram de maanden met een temperatuur hoger dan 6°C in de rij waar de temperatuurwaarden staan. Voorbeeld op de volgende slide: Klimaat- en vegetatie in Europa
28. Klimatogram 9 : Palermo (Italië) Warme maanden zijn gemarkeerd WARMGEMATIGD MET NATTE ZOMER HARDBLADIGE VEGEGATIE
29. In de maanden waarin er voldoende neerslag valt, én waar de temperatuur voldoende hoog is, kunnen planten groeien. Deze maanden, waar de twee voorwaarden zijn voldaan, noemen we groeimaanden . Markeer de groeimaanden op elk klimatogram in de maandenlijn. Voorbeeld op de volgende slide: Klimaat- en vegetatie in Europa
30. Markeer de groeimaanden op elk klimatogram in de maandenlijn. Voorbeeld op de volgende slide: Klimaat- en vegetatie in Europa
31. Klimatogram 9 : Palermo (Italië) Zowel natte maand als temperatuur boven 6°C! WARMGEMATIGD MET NATTE ZOMER HARDBLADIGE VEGEGATIE
32. Zijn de groeimaanden op alle klimatogrammen van bijlage 6 gemarkeerd? Hoe meer groeimaanden, hoe meer plantengroei. We bekijken nu welke plantengroei er per klimaattype voorkomt ... Klimaat- en vegetatie in Europa
34. Op de volgende slides zie je landschappen uit Europa. Je kunt hierop de natuurlijke plantengroei (= vegetatie) herkennen. . Bekijk de landschappen nauwkeurig. . Kijk of je de kenmerken van het landschap kunt herkennen. Klimaat- en vegetatie in Europa
38. TOENDRA Komt voor bij koud klimaat met dooiseizoen - GEEN BOOMGROEI - ENKEL STRUIKJES, GRASSEN EN MOSSEN. - MOERASSEN (doordat het water niet door de bevroren ondergrond kan)
39. Toendra vind je bij het koud klimaat met dooiseizoen. Klimaat- en vegetatie in Europa
57. HARDBLADIGE VEGETATIE Komt voor bij warmgematigd klimaat met natte winter - VERHARDE, GLANZENDE BLADEN - LAGE STRUIKEN EN GRASSEN - CIPRESSEN - CEDERS
68. We situeren nu de vegetatiezones op de facetkaart van het klimaat. (p.8) Hiervoor zoek je in je atlas de vegetatiekaart van Europa. Klimaat- en vegetatie in Europa
69. Situeer deze vegetatietypes op de facetkaart van het klimaat door het vegetatietype op de juiste plaats te noteren. Voorbeeld op de volgende slide: Klimaat- en vegetatie in Europa
70. De facetkaart van het klimaat (figuur 4) Vul nu zelf de zes andere vegetatietypes aan. Verbetering op de laatste slide. Koelgematigd met zachte winter loofbos
71. Vul zelf de synthesetabel aan (bijlage 7) - kolom 2: naam van het vegetatietype - kolom 3: kenmerken van het vegetatietype - kolom 4: noteer landen, streken waar dit vegetatietype voorkomt. Gebruik hiervoor je atlas met een passende vegetatiekaart. Klimaat- en vegetatie in Europa