College 1: Inleiding Nederland in de Middeleeuwen door Prof.dr. Piet Leupen
Wie een overzicht wenst van de geschiedenis van Nederland in de Middeleeuwen, stuit direct op een belangrijk, geschiedtheoretisch en historiografisch probleem, waarover in de vorige eeuw onder historici een uitgebreide discussie is gevoerd: de staatkundige eenheid die we in gewone taal Nederland noemen is het product van een ontwikkeling vanaf de late zestiende eeuw. Twee momenten kunnen hiervoor worden aangedragen: 1648 en 1814. In het eerste jaar werd de autonome, soevereine republiek der Zeven Verenigde Nederlanden internationaal erkend, in het tweede jaar ontstond het Koninkrijk der Nederlanden, zoals we dat heden ten dag kennen.
In de periode daarv坦坦r bestond Nederland nog niet. We leggen het accent dus op die gebieden, waaruit later de Nederlandse staat zou ontstaan. Ook richten we onze aandacht een enkele maal op die territoria, die in de Middeleeuwen in een politieke, economische en culturele constellatie met Nederland avant la lettre verbonden waren en thans deel uitmaken van het buurland Belgi谷.
Piet (Pieter, Henri D辿) Leupen (Goes, 1939) studeerde geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Na enkele jaren werkzaam te zijn geweest in het middelbaar onderwijs werd hij wetenschappelijk medewerker bij Zuiver Wetenschappelijk Onderzoek en vervolgens bij de afdeling Middeleeuwse geschiedenis van de Katholieke Universiteit Nijmegen (Thans: Radbouduniversiteit). Hij promoveerde in 1975 op Filips van Leiden, een veertiende-eeuwse jurist. In 1984 werd hij benoemd tot hoogleraar Middeleeuwse geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Vanaf 2001 is hij met emeritaat. Hij schreef artikelen en boeken over stadsgeschiedenis, de verhouding tussen kerk en staat en godsdiensthistorische onderwerpen. Hij maakte hoorcolleges over de kruistochten op cd en over het tapijt van Bayeux op dvd. Thans werkt hij aan een boek over de cultus van de aartsengel Micha谷l.
3. Opzet
Historiografisch
De Vroege Middeleeuwen (tot 925)
De opkomst van vorstendommen en steden
(tot circa 1350)
Op weg naar eenheid onder Bourgondi谷rs en
Habsburgers (tot 1567)
Het begin van een tegengestelde ontwikkeling
(tot 1579)
14. * Frankische adel en kerk
* Eigenkerkenstelsel
* standen: adel (nobiles)
vrijen (liberi, ingenui)
homines Franci
halfvrijen en onvrijen
* domein met curtis of villa
en hoeven (tenures)
bewerkt door hoevenaars (horigen)
16. Wereldlijke vorsten (hertogen, graven)
worden landsheren
Geestelijke vorsten (bisschoppen en abten)
worden landsheren met wereldlijke territoria
(stichten), steunpilaren van de koning
Regalia (markt, tol, munt, belasting) in handen
van landsheren