1. Global Positioning System 1. Wat is GPS Gps uitleg Onnauwkeurigheden 2. Cartografie 2.1 Kaartdatum 2.2 kaartprojectie 2.3 Geografisch coordinaten systeem 2.4 Geodetisch 2.5 Soorten kaarten 2.6 Scannen en calibreren 3 Werking GPS ontvanger Wat kan je eigenlijk met een GPS ontvanger? En in de praktijk. 4. Hoe navigeren met een GPS 4.1. GPS functies 4.2. Schermen van de GPS 4.3. Koppeling met computer
2. 1. Wat is GPS G lobal P ositioning S ystem, 24 satellieten zeer nauwkeurig , driedimensionaal , plaatsbepalings- en navigatiesysteem. Galileo : 2008 (?)
3. Gps uitleg minimaal het signaal van vier satellieten Hoe meer signalen van satellieten worden ontvangen, des te nauwkeuriger de meting
7. Onnauwkeurigheden Atmosferische omstandigheden S elective A vailability (SA), is sinds 2000 uitgeschakeld Nauwkeurigheid meestal 10 – 15 meter. Met Egnos 3-5 Meter Kan wegvallen in bosachtige omgeving of in kloven Waas ( W ide A rea A ugmentation S ystem) en Egnos ( E uropean G eostationary N avigation O verlay S ystem) (aparte satellieten) <5meter
9. 2.1 Kaartdatum Kaartdatum is welke ellipsoïde men kiest om de (onregelmatige) bolvorm van de aarde weer te geven Standaard is WGS84 en dat zal je steeds meer zien. De kaartdatum bepaalt de plaats van de lat/long en lokale grid systemen. In een GPS kan je vaak kiezen uit meer dan 100 datums. Kies bij twijfel voor WGS84
10. 2.2 kaartprojectie Projectie is hoe men de bolvorm omzet naar het platte vlak Grid systemen zijn gebaseerd op deze projectie: UTM en Dutch grid (topografische kaarten )
11. 2.3 Geografisch coordinaten systeem denkbeeldig netwerk van lijnen : meridianen en parallellen. Meridianen zijn de lijnen die verticaal lopen en op de polen samen komen. verdeelt de aardbol in twee delen, het westelijk en het oostelijk halfrond. Van daaraf wordt geteld tot 180° westerlengte ( WL ) en 180° oosterlengte ( OL ). Parallellen : evenwijdig aan de evenaar verdeelt de aarde in het zuidelijk en het noordelijk halfrond. Van daaraf wordt geteld tot 90° noorderbreedte ( N ) en 90° zuiderbreedte ( S ) Hiermee kan dus elke positie op aarde bepaald worden met een breedte- en een lengtegraad. elke graad onderverdeeld in 60 minuten en ook nog in seconden. Als men dus een plek op aarde wil aangeven wordt eerst de breedte en daarna de lengte opgegeven,
13. 2.4 Geodetisch UTM Dutch grid of RD coordinaten Wordt gebruikt voor topografische kaarten dus alle landkaarten Herkenbaar aan de vierkantjes op de kaart Zijn een km groot
15. 2.6 Programma, scannen en calibreren OziExplorer, Fugawi,….. De scanner, A4. Software: Photoshop, Paintshop Pro Stich software w.o. Stichmap Kalibreren
16. 3 Werking GPS ontvanger Wat kan je met een GPS ontvanger Hoe navigeren met een GPS
17. Wat kan je eigenlijk met een GPS ontvanger ? De GPS ontvanger meet je positie en als je beweegt de wijziging in je positie. zien waar je bent , je positie in lengte en breedte en waar je bent op de kaart. Zien waar je heengaat , de snelheid waarmee en de richting. Tracken/plotten Een route uitstippelen naar een bekend punt . geeft de richting aan die je moet gaan (bearing), de afwijking van je koers (XTE) de snelheid(VMG) wanneer je aankomt (ETA) Vastleggen van punten (waypoints). Bijvoorbeeld waar je je auto geparkeerd hebt De GPS houdt bij hoe je gegaan bent (track). Je kan dan altijd op je ‘schreden terugkeren’ (track back functie)
18. En in de praktijk. GPS ontvangers worden vooral veel gebruikt door fietsers en wandelaars als ze hun route van tevoren uitstippelen en met de GPS in de hand hun route (eventueel zonder kaart) lopen. Ook kan je achteraf je track inlezen en precies zien wat je gedaan hebben. Via internetsites kun je de waypoints downloaden en naar je GPS uploaden. Geocaching (www,geocaching.be) met een gps een ‘schat’ opzoeken kompleet met opdrachten
19. 4. Hoe navigeren met een GPS Uitleg van een aantal termen GPS functies Losse waypoints of routes Gebruik kaarten
20. 4.1 GPS functies Instellingen/Set Up/Interface Tijdsaanduiding; mogelijkheid plaatselijke tijd in te stellen; normaal is UTC (UTC + 2 uur = zomertijd) 24 uurs aanduiding of AM/PM (12uurs) Eenheden:Snelheid en afstanden: KM Noorden: Ware noorden of magnetische noorden. Het handigste is de instelling van het ware Noorden. Dat is meestal de stand TRUE. Chart datum Kaartdatum: WGS84 Interface met computer (NMEA) Posi t ie functies: Breedte en lengte. Mogelijkheid van verschillende instellingen in decimalen van minuten of in seconden. Ook veel andere mogelijkheden zoals o.a UTM.
21. GPS functies Navigatiefuncties Hiervoor is het noodzakelijk waypoints of een route te bepalen. COG :Koers over de grond; (Course Over Ground ) CTS : De te sturen koers naar het waypoint BRG : Richting naar het volgende waypoint (peiling of bearing) SOG: Snelheid over de grond (Speed Over Ground ). VMG : Naderingssnelheid naar een waypoint (Velocity Made Good) DIST :Afstand tot het volgende waypoint ETA : Expected Time of Arrival oftewel verwachte aankomsttijd, naar eerstvolgende waypoint of naar laatste waypoint. Soms ook ETE : de te verwachte reistijd naar het eerstvolgende waypoint. XTE : Cross Track Error ; de afwijking van de koerslijn.
22. GPS functies Waypoints Functie om waypoints in te voeren, te wijzigen of te verwijderen. Waypoints kunnen aangegeven in ware positie of in koers en afstand naar het volgende waypoint (relatief dus). Vaak bestaat de mogelijkheid een waypoint direct in het geheugen op te slaan, als je er bijvoorbeeld langs gaat ( Mark functie ) Route Functie om een aantal waypoints in een route vast te leggen. Overige functies Alarm functies. Stel er niet teveel in, want anders hoor je voortdurend gepiep. waypoint alarm (u bent in de buurt van een waypoint; afstand in te stellen)
23. 4.2 Schermen van de GPS Bij GPS ontvangers kan men kiezen uit verschillende schermbeelden. Dat verschilt per merk. Als voorbeeld nemen we de Garmin etrex Legend Satellietscherm : geeft aan welke satellieten getrackt worden, de positie en de nauwkeurigheid Het kaartscherm of positie- of plotscherm: geeft de positie waar je bent, je snelheid en je richting Navigatiescherm of kompas scherm. Getoond worden peiling naar waypoint(BRG), afstand tot waypoint(DIST), actuele koers (TRK), snelheid naar waypoint(VMG), actuele snelheid(SPD, SOG) Vaak wordt door middel van een pijl of kompasroos aangegeven in welke richting je moet gaan CTS. Als BRG=TRK ligt u op de koerslijn en is de afwijking (XTE) gelijk aan 0. Na passeren van een waypoint verschijnt het eerst volgende waypoint. tripscherm : geeft meestal snelheid, afstand en tijd en dan in verschillende vormen. GOTO functie. U geeft dan zelf het waypoint op waar u heen wilt zonder een route te construeren.
24. 4.3 Koppeling met computer Via de seriële poort of usb met converter Kabels NMEA 0183 protocol Aantal GPS-en hebben ook een eigen protocol
25. 5. Aankoopinformatie GPS Handheld of marine (scherm, batterijen), met of zonder kaart. Plotters Hoeveelheid beschikbare software Aantal waypoints en routes Back tracking Ingebouwde kaarten Waas en Egnos Gebruiksgemak (toetsen, alfanumeriek) Kompas en hoogtemeter voor specifieke toepassingen
26. Aankoopinformatie GPS Aantal kanalen 12 was vroeger standaard, tegenwoordig 20 kanalen. Sirf III chipset TTFF, warme start Prijzen Gebruiksaanwijzing Zichtbaarheid overdag Zichtbaarheid s’nachts Kleurenscherm
34. Tijd bewogen Tijd stilstand Per seconde de afstand tussen posities Max snelheid Afstand afgelegd sinds laatste Reset Gemiddelde snelheid bij beweging Totaal afgelegde afstand Hoogte Tripteller