8. NEN2575, 2010Hoogtepunten NEN2575, prenorm: 3 alarmmogelijkheden: - luidalarm - gesproken tekst (type A) - sirenes (type B) - stilalarm - attentiepanelen - gesproken codeberichten - draadloze alarmcommunicatie installatie - combinatie stil en luid alarm Volgens tabel in bijlage CNEN2575, 2010Hoogtepunten NEN2575, prenorm:5.3.4 bij een stil alarm via een draadloze alarmcommunicatie- installatie wordt automatisch een geselecteerde groep personen gewaarschuwd door het geven van een akoestisch en optisch signaal op 辿辿n of meer draagbare ontvangers draagbare ontvangers of ontvangsttoestellen kunnen in dit verband bijvoorbeeld piepers en DECT-ontvangers zijn
11. NEN2575, 2010Hoogtepunten NEN2575, prenorm:8.2.1 Na activering uit blijven zenden, ook bij een storing in de transmissieweg tussen de BMC en de ONT. Roepherhaling.8.2.2. Bewaking op kortsluiting en draadbreuk van de transmissieweg tussen BMC en ONT vanuit ONT. M叩g ook vanuit BMC11.1 Elke ontruimingsinstallatie dient te beschikken over minimaal 辿辿n bedienpaneel conform EN-54.16. Onderdeel BMC?12.6.1 Dekking van het pand dient vastgelegd te worden in PvE.Transmissiewegen autonoom en primair bedoeld voor draadloze alarmcommunicatie. 12.6.2. Transmissietijd alarmmeldingen van BMC naar ontvangsttoestellen maximaal 20 sec.12.6.3 Bewaking middels HFO? Kan ook anders, beter. Storingen in het systeem moeten binnen 100 sec. worden gemeld.
12. NEN2575, 2010Hoogtepunten NEN2575, prenorm:12.6.4 Akoestisch signaal ontvangsttoestel minimaal 65 dB(A) op 1 meter en/of tril. Alarmsignaal moet minimaal 1 minuut actief blijven of tot handmatig herstel. Aantallen ontvangsttoestellen afgestemd op alarmorganisatie en vastgelegd in ontruimingsplan, minimaal twee. In de praktijk komt het erop neer dat elke bedrijfshulpverlener die direct wordt ingezet bij een ontruiming ten gevolge van brand een ontvangsttoestel behoort te hebben. Ontvangsttoestellen mogen niet uitschakelbaar zijn zonder akoestische en/of optische waarschuwing. Hoe om te gaan met buiten bereik staat nergens
13. NEN2575, 2010Hoogtepunten NEN2575, prenorm:13.3 Discussie definitie ontruimingssignaalgevers14.1 de totale energievoorziening moet voldoen aan NEN-EN 54-4Geldt niet voor de voeding van de draadloze ontvangsttoestellen, wel voor de laadrekken (!) voor laden ontvangsttoestellen die behoren bij alarmorganisatie. Berekeningsmethode accu capaciteit, correctiefactor.14.3 Minstens 12h noodstroom, 11,5h in rust, 0,5h in alarm. Wijkt af van NEN2535?!16.1 Eisen aan ruimte waarin centrale apparatuur geplaatst wordt.17.9.1 Functiebehoud voor alle transmissiewegen (!), NPR 2576 richtlijn. Enkele uitzonderingen toegestaan. Discussie definitie signaalgever.
14. NEN2575, 2010Hoogtepunten NEN2575, prenorm: Onderhoud bij vereiste installaties verplicht (!) conform gebruikersbesluit. Preventief en correctief. Jaarlijks Rapport van Onderhoud, werkwijze.
24. Flexibiliteit in infrastructuurDECT6000 IP CentraleCPU: Central Processing UnitISG: In System GatewayDTU: Digital Trunk Unit Op de ISG worden via het netwerk de IP-Basisstations aangesloten
28. De centrale beschikt nog over 3 vrije slotsIP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANNetwerk aansluitingen: De CPU en de ISG hebben elk een eigen netwerkaansluiting
29. Op de ISG worden via het netwerk de IP-Basisstations aangesloten
30. Er kunnen maximaal 255 IP Basisstations worden aangesloten
31. Power over Ethernet (PoE) of lokale power supplyIP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANPABXVia de DTU wordt de PABX gekoppeld. Koppelvlakken zijn Qsig, DPNSS en Euro ISDN
32. In de trunk zijn 30 gesprekskanalen beschikbaar
34. Als vuistregel geldt: tot 150 handsets is 1 trunknoodzakelijkIP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANPABXAlle telefoonfuncties worden in de PABX bepaald De trunk is transparant van opzet;voordeel hiervan is dat DECT6000 IP centrale geen enkele telefoniefunctie vervult en dat het beheer geheel gebeurt vanuit de telefooncentrale. De DECT telefoons en de aanwezige vaste toestellen beschikken over dezelfde functionaliteiten. Functionaliteit afhankelijk van trunkcompatibiliteittussen PABX/DECTIP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANPABXAlle inkomende en uitgaande gesprekken lopen via de trunk3 digitale protocollen: QSIG, 30 kanalen conform ETSI DPNSS, 30 kanaals PABX protocol (UK only) Euro ISDN, Pri 30B+DVerkeersklasse in DECT server geldt voor de gehele trunkVerkeersklasse PABX voor hele telefonie
35. IP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANPABXRelatie tussen aantal handsets en aantal trunks 30 gesprekskanalen per DTU
36. Tot 150 handsets is 1 DTU meestal voldoende. Dit is afhankelijk van:
40. Voor een goede projectering in kritische situaties is een berekening van de Erlang-waarde noodzakelijk
41. IP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANPABXAlle inkomende en uitgaande gesprekken lopen via de TrunkInkomende en uitgaande externe gesprekkenInkomende en uitgaande Interne gesprekkenGesprekken tussen handsets onderling gaan niet over de Trunk Interne Handset>Handset gesprek
42. IP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANPABXVoorbeeld logische keuze nummerplanNummerreeks DECT 6000 ~ 6999Voor het DECT systeem geldt dan:Alle nummers m.u.v. de 6 is Extern en moet over de Trunk
43. Alle 6xxx nummers zijn inkomend verkeer en Intern verkeer gaat niet over de trunkVoor de PABX geldt dan:Interne nummers met een 6xxx moeten over de trunkIP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANOM-pcPABXDAP managerPC of Laptop met Operation/Maintenance Software:aangesloten tijdens installatie en onderhoud
45. voor het onderhoud aan het systeem IP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANOM-pcPABXDAP managerDAP Manager PC: is permanent binnen een systeem aanwezig
46. voor het aan- en afmelden van handsets en als back-up van deze data.
47. voor Board Management; het controleren van de status van de boards.
48. voor het IP BS Management; de basisstations instellen en controleren.
49. voor het configuratie Management; beheer van de DECT doorkiesnummersIP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANOM-pcPABXDAP managerMessage ServerDe messaging-server (alphadesk) : is permanent aanwezig
53. voor koppeling met andere systemen (DP6000, Verpleegroep, Brand, etc.)IP BSDECT6000 IP CentraleDECTServerLANOM-pcPABX WWW WWWIP BSDAP managerMessage ServerExterne locaties aansluiten op de DECT Server: Externe locaties kunnen via een data-verbinding (VPN) worden aangesloten Meerdere locaties kunnen op 1 centrale worden gekoppeld;een handset of IP BS op een externe locatie is onderdeel van hetsysteem op de hoofdlocatie
103. X zijnAtexversiesStarterspakketHet starterspakket bestaat uit :Centrale behuizing en montagebeugel PS board; voeding van de DECT ServerCPU board; beheert de processen drager van de projectiegegevensPMC board: zet de verbindingen op ISG board: IP interfaceDTU board: Digital Trunk interface naar PABX2x 6 kanaalsbasisstation
104. IP BSDECT6000 IP PS-Mansys NIEUWDECTServerLANOM-pcPABX WWW WWWIP BSDAP managerPS-ManSysSecurity ServerManSys-ClientStarter packageMax. pre-configured system
128. Kenmerken 12 karakters omkeerbaar top displayMicrofoon voor spraakIngebouwdeluidsprekerTwee handmatigealarmen (programmeerbaar)AdresboekPush-to-TalkNo-move/man-down, fast move alarmenTear-off AlarmStof- en spat waterbestendig (IP63)
150. Diverse mogelijkheden voor koppelen op producten en systemen van BOSCH en andere leveranciers (CCTV, NurseCall, Fire)Eenvoudig uit te breidenPS-MicroPS-TransceiverCentral ReceiverLocation BeaconDP/PS6000 NetworkPS-PagerTo 2nd DP/PS6000 systemCharging RacksPagerCentral TransmitterManagement SystemTelephone CouplerContact I/OPower SupplyControl DeskPABXRS232ESPA444Contact I/OSysteemoverzicht
151. VergelijkingTransceiver vsNieuwe PS-TransceiverBeschikbaar in UHF of VHF Talk-Back Alleen beschikbaar in UHF!UHF = 25mW e.r.p. UHF = 10 mWe.r.pDial Keypad MenugestuurdadresboekPaging en PStransceiver Alleen PS transceiverLocatie Detectie en tear-off optioneel LD + TO standaardExterneantenne Interne antenneOproepnaarnormaletelefoonmogelijkOproeptussen PS3 mogelijk(dial out) IP64 IP65Eenhandmatig alarm Twee handmatigealarmenTop numeriek display (5-digit) Omkeerbaar alphanumeriek top display (12-karakters)