2008 - Bedrijven als sprinkhanenplaag - Real Estate MagazineJacques Van Dinteren
油
De idee谷n rond duurzame bedrijventerreinen hebben in het verleden vrij sterk gestalte gekregen langs de lijn van de ecologie. De maatschappelijke en economische invalshoeken mogen echter niet worden vergeten. Juist de gebrekkige aandacht voor grondkosten en investeringen in gebouwen (als economisch aspect) heeft geleid tot een weinig duurzaam gebruik van bedrijventerreinen.
Boekbespreking: Zakendoen in de nieuwe economie Jan Wietsma
油
Zakendoen in de nieuwe economieWietsma, J.Tijdschrift Administratie, 2014Begin dit jaar werd het boek Zakendoen in de nieuwe economie Zeven vensters op succes gekozen tot managementboek van het jaar 2014. Hierin legt de auteur Marga Hoek uit hoe organisaties en individuen een bijdrage kunnen leveren aan een nieuwe en duurzame economie. Nu is er over een duurzame economie al heel wat geschreven. In veel gevallen ging het om visionaire verhalen. in andere gevallen ging het vaak over triviale zaken. Wat ontbrak was de samenhang. Het is een verdienste van Marga Hoek dat zij die samenhang aanbrengt, waardoor het boek ook voor administrateurs zeer lezenswaardig is. Daarbij zet het aan tot denken over de wijze waarop het bedrijf waarvoor u werkt een bijdrage zou kunnen leveren aan het inrichten van die nieuwe economie.
2008 - Bedrijven als sprinkhanenplaag - Real Estate MagazineJacques Van Dinteren
油
De idee谷n rond duurzame bedrijventerreinen hebben in het verleden vrij sterk gestalte gekregen langs de lijn van de ecologie. De maatschappelijke en economische invalshoeken mogen echter niet worden vergeten. Juist de gebrekkige aandacht voor grondkosten en investeringen in gebouwen (als economisch aspect) heeft geleid tot een weinig duurzaam gebruik van bedrijventerreinen.
In deze paper wordt beschreven wat duurzaamheid en de business modellen die hier uit ontstaan voor invloed heeft op de rol van de communicatieprofessional.
Het geeft handvatten om je bedrijf/organisatie door de duurzaamheidstransitie heen te loodsen.
Samenvatting van het onderzoeksproject 'Nieuwe Busiiness Modellen in Stadslandbouw'. Een gezamenlijk project van Radboud Universiteit Nijmegen en HAS Hogeschool i.s.m. Pure Hubs.
De beleggingsvisie van Syntrus Achmea Real estate & Finance: De Outlook 2015 - 2016.
De Outlook 2015-2016 gaat in op de ontwikkelingen in de vastgoedmarkt en benoemt kansen in verschillende sectoren
Booosting bestuurslid Peter Fraanje (directeur NVTB) over snelle vervangende nieuwbouw in de jaarlijkse uitgave van Stedebouw & Architectuur over innovaties in materialen en producten; de Innovatiecatalogus 2017.
Deel de toekomst: 65 maatregelen voor de vlaamse deeleconomieCrowd Expedition
油
Deelmemorandum welke is opgesteld door een zestal organisaties uit Vlaanderen n.a.v. de gewestelijke, federale en Europese verkiezingen in mei 2014.
(opgemaakt vanuit een Vlaamse context)
Deel de toekomst 65 maatregelen voor een vlaamse deeleconomie (1)Angelo Meuleman
油
Memorandum voor de deeleconomie in Vlaanderen. Samenwerking tussen Velt, Voedselteams, Autopia, Taxistop, Netwerk Bewust Verbruiken en Bond Beter Leefmilieu
Berkeley International in Trends: International Business - Belgium conquers t...Berkeley International
油
Berkeley International Belgium, Exclsief datingbureau voor hoge profielen.
Berkeley International, voor een personal matching op topniveau! Belgi谷 telt in diverse leeft蝶dscatego rie谷n en sociale milieus heel wat mensen die single z蝶n. Bedr蝶fs leiders, ondernemers, beoefenaars van vr蝶e beroepen, professionals die dag in, dag uit met enorme verantwoordel蝶khe den jongleren hebben vaak een gebrek aan t蝶d om zelf contacten te leggen om de juiste levenspartner te vinden. Deze mensen kunnen hun t蝶d niet inves teren in datingsites en houden niet van de visibiliteit die ermee gepaard gaat. Z蝶 willen geen partners aantrekken die meer ge誰nteresseerd z蝶n in hun status of middelen dan in hun persoonl蝶kheid. Berkeley International biedt precies voor deze doelgroep d辿 oplossing. In Belgi谷 runnen Annemieke Dubois en Genevi竪ve Heintz Berkeley International. Hun klanten z蝶n mensen met een bloeiende carri竪re en een hoog opleidingsniveau die een levenspartner willen vinden die op dezelfde gol鍖engte zit. We leven in een t蝶dperk waarin iedereen het moeil蝶k l蝶kt te hebben om een zielsverwant te vinden. En precies mensen met dit pro鍖el hebben omwille van hun drukke professionele bezigheden onvoldoende t蝶d om op eigen houtje een partner te vinden. De Belgische vestiging van Berkeley International kwam er omdat het moederbedr蝶f in Londen twaalf jaar eerder opgericht door Mairead Molloy - aanvankel蝶k al vele succesvolle singles uit Belgi谷 aan- trok die op zoek waren naar een duur- zame relatie met iemand uit het eigen sociaal-culturele milieu die dezelfde waarden deelt. Brussel, als hoofdstad van Belgi谷 en Europa, was een natuurl蝶ke locatie voor de nieuwe uitbreiding van Berkeley Interna- tional. Berkeley International beschikt over een w蝶dvertakt internationaal netwerk waar- op het beroep kan doen b蝶 de zoektocht naar de perfecte match. DRIE NIVEAUS Berkeley International Belgium is inter- nationaal actief en heeft 16 鍖lialen we- reldw蝶d en daarom kan er op drie niveaus worden gezocht, naargelang het gekozen lidmaatschap: Belgi谷, Europa of wereldw蝶d. De zoektocht beperkt zich overigens niet tot de landen waarin Berkeley een vestiging heeft, Wanneer iemand contact opneemt met het bu- reau bestaat de eerste stap uit een diepgaand verkennend gesprek, waarin de voorkeuren en de compatibiliteit van de klant worden afgebakend. Maar het is meer dan het zoeken naar de perfecte match, z蝶 ontwikkelen een diepgaande relatie met hun klanten waarb蝶 z蝶 trachten hen volledig te ken- nen en te begr蝶pen. Privacy en con鍖- dentialiteit staan hierb蝶 centraal, wat volledig past binnen de bedr蝶fsethiek. MANIER VAN WERKEN B蝶 Berkeley International Belgium worden de leden in eerste instantie anoniem aan elkaar voorgesteld, zonder fotos. Wat telt is de manier waarop de leden in het leven staan, hun motief, achtergrond, passies, levensst蝶l, persoonl蝶kheid, politieke en religieuze voorkeur, opleiding en hun individuele parcours. Berkeley International aanvaardt alleen mensen
Samenvatting van het onderzoeksproject 'Nieuwe Busiiness Modellen in Stadslandbouw'. Een gezamenlijk project van Radboud Universiteit Nijmegen en HAS Hogeschool i.s.m. Pure Hubs.
De beleggingsvisie van Syntrus Achmea Real estate & Finance: De Outlook 2015 - 2016.
De Outlook 2015-2016 gaat in op de ontwikkelingen in de vastgoedmarkt en benoemt kansen in verschillende sectoren
Booosting bestuurslid Peter Fraanje (directeur NVTB) over snelle vervangende nieuwbouw in de jaarlijkse uitgave van Stedebouw & Architectuur over innovaties in materialen en producten; de Innovatiecatalogus 2017.
Deel de toekomst: 65 maatregelen voor de vlaamse deeleconomieCrowd Expedition
油
Deelmemorandum welke is opgesteld door een zestal organisaties uit Vlaanderen n.a.v. de gewestelijke, federale en Europese verkiezingen in mei 2014.
(opgemaakt vanuit een Vlaamse context)
Deel de toekomst 65 maatregelen voor een vlaamse deeleconomie (1)Angelo Meuleman
油
Memorandum voor de deeleconomie in Vlaanderen. Samenwerking tussen Velt, Voedselteams, Autopia, Taxistop, Netwerk Bewust Verbruiken en Bond Beter Leefmilieu
Berkeley International in Trends: International Business - Belgium conquers t...Berkeley International
油
Berkeley International Belgium, Exclsief datingbureau voor hoge profielen.
Berkeley International, voor een personal matching op topniveau! Belgi谷 telt in diverse leeft蝶dscatego rie谷n en sociale milieus heel wat mensen die single z蝶n. Bedr蝶fs leiders, ondernemers, beoefenaars van vr蝶e beroepen, professionals die dag in, dag uit met enorme verantwoordel蝶khe den jongleren hebben vaak een gebrek aan t蝶d om zelf contacten te leggen om de juiste levenspartner te vinden. Deze mensen kunnen hun t蝶d niet inves teren in datingsites en houden niet van de visibiliteit die ermee gepaard gaat. Z蝶 willen geen partners aantrekken die meer ge誰nteresseerd z蝶n in hun status of middelen dan in hun persoonl蝶kheid. Berkeley International biedt precies voor deze doelgroep d辿 oplossing. In Belgi谷 runnen Annemieke Dubois en Genevi竪ve Heintz Berkeley International. Hun klanten z蝶n mensen met een bloeiende carri竪re en een hoog opleidingsniveau die een levenspartner willen vinden die op dezelfde gol鍖engte zit. We leven in een t蝶dperk waarin iedereen het moeil蝶k l蝶kt te hebben om een zielsverwant te vinden. En precies mensen met dit pro鍖el hebben omwille van hun drukke professionele bezigheden onvoldoende t蝶d om op eigen houtje een partner te vinden. De Belgische vestiging van Berkeley International kwam er omdat het moederbedr蝶f in Londen twaalf jaar eerder opgericht door Mairead Molloy - aanvankel蝶k al vele succesvolle singles uit Belgi谷 aan- trok die op zoek waren naar een duur- zame relatie met iemand uit het eigen sociaal-culturele milieu die dezelfde waarden deelt. Brussel, als hoofdstad van Belgi谷 en Europa, was een natuurl蝶ke locatie voor de nieuwe uitbreiding van Berkeley Interna- tional. Berkeley International beschikt over een w蝶dvertakt internationaal netwerk waar- op het beroep kan doen b蝶 de zoektocht naar de perfecte match. DRIE NIVEAUS Berkeley International Belgium is inter- nationaal actief en heeft 16 鍖lialen we- reldw蝶d en daarom kan er op drie niveaus worden gezocht, naargelang het gekozen lidmaatschap: Belgi谷, Europa of wereldw蝶d. De zoektocht beperkt zich overigens niet tot de landen waarin Berkeley een vestiging heeft, Wanneer iemand contact opneemt met het bu- reau bestaat de eerste stap uit een diepgaand verkennend gesprek, waarin de voorkeuren en de compatibiliteit van de klant worden afgebakend. Maar het is meer dan het zoeken naar de perfecte match, z蝶 ontwikkelen een diepgaande relatie met hun klanten waarb蝶 z蝶 trachten hen volledig te ken- nen en te begr蝶pen. Privacy en con鍖- dentialiteit staan hierb蝶 centraal, wat volledig past binnen de bedr蝶fsethiek. MANIER VAN WERKEN B蝶 Berkeley International Belgium worden de leden in eerste instantie anoniem aan elkaar voorgesteld, zonder fotos. Wat telt is de manier waarop de leden in het leven staan, hun motief, achtergrond, passies, levensst蝶l, persoonl蝶kheid, politieke en religieuze voorkeur, opleiding en hun individuele parcours. Berkeley International aanvaardt alleen mensen
1. Wonen is een zoektocht naar de bevrediging van verschillende behoeften. Beginnend
bij elementaire basisbehoeften, trapsgewijs evoluerend naar complexe, diep
psychologische noden. Deze kunnen in elkaars verlengde liggen, complementair zijn,
of net immer in strijd.
Abraham Maslows Piramide van behoeften1
kan als illustratie worden ingezet ter
indicatie hiervan. Dit veelzijdige model kent zijn oorsprong in een psychologie-
context, maar is inzetbaar in een resem sectoren en is des te relevant.
Ze bestaat erin, een hi谷rarchische volgorde op te lijsten die, in volgorde van
belangrijkheid, de centrale behoeften van de mens beschrijft. We kunnen dit model
toepassen in het schetsen van de huidige tendensen en behoeftes in een woon-
context. Dit in het achterhoofd houdend, kunnen verschillende zwaartepunten ook
vastgesteld worden die samen de tevredenheid over het wonen in het algemeen
vormen.
Wonen en woningbouw zijn onderwerpen die erg onderhevig zijn aan verandering en
die bovendien, een van de weinige, dermate relevant zijn voor zo goed als de ganse
maatschappij. Iedereen heeft de elementaire behoefte voor onderdak en een
bepaalde mate van comfort. Nog voor er maar 辿辿n stap gezet wordt in de zoektocht
naar een behoeftebevredigende oplossing voor dit probleem, moeten al bepalende
keuzes gemaakt worden. Kopen of huren? Misschien bouwen? Sleutel op de deur of
een verbouwing?
Concreet valt op te merken dat door schaarste van bouwgrond, kosten-drukking en
een algemeen gebrek aan tijd, steeds meer gekozen wordt voor sleutel-op-de-deur
oplossingen2
. Er is vertrouwen in de expertise van ontwikkelaars. Sinds 2006 is een
stijging op te merken van 15% in de keuze voor deze oplossing. Daarnaast wordt
nieuwbouw moeilijker en vooral duurder door de verhoogde energie-eisen. 3
De gemiddelde kostprijs voor nieuwbouw is gestegen van 284000 in 2007 naar
377000 vandaag. Dit is ingrijpend en schrikt af. Zeker voor jongere mensen.
Vooral deze jongere generatie begrijpt dan ook de noodzaak kleiner te moeten
wonen. Appartementen worden interessanter. Hoewel ze ook 18% duurder zijn dan
in 2008, is dit voor velen de enige leefbare optie. Deze koers is al even ingezet maar
zal ongetwijfeld nog op hogere toeren komen te draaien. In de jaren 80 kende een
gemiddeld appartement een oppervlakte van 125 m族; vandaag is dat de helft, met
67m族4
. Creativiteit, effici谷ntie en pragmatiek zijn hier sleutelwoorden.
Wereldwijd staat bij architectenbureaus het vraagstuk: Hoe optimaal gebruik maken
1
http://psychclassics.yorku.ca/Maslow/motivation.htm
2
http://netto.tijd.be/vastgoed/Vlaming_kiest_steeds_meer_voor_sleutel_op_de_deur.9737121-
1625.art?ckc=1
3
Nieuwbouw volgend jaar duurder door energie-eisen De tijd 10/10/15
4
http://www.tijd.be/nieuws/archief/Vlaming_ruilt_huis_voor_kleiner_appartement.9683464-1615.art?ckc=1
2. van minder ruimte?, steevast centraal. De tot de verbeelding sprekende
voorbeelden zijn er al. Vooral in metropolen New York en Tokyo, waar de prijzen
astronomisch zijn. Ruimte wordt hier als een zeldzame grondstof gezien.
Wat schaars is krijgt waarde. Met de globale verstedelijking als drijvende kracht en
mega-trend, verspreidt deze problematiek zich mondiaal. De aantrekking van de stad
als centrum van opportuniteit, ontmoeting en ontplooiing kent geen weerga. In 2030
woont 60% van de wereldbevolking in een verstedelijkt gebied5
. Stof tot nadenken.
Woondichtheid en verstedelijking zijn subjecten die sterk verweven zijn met het
thema mobiliteit. H辿t punt dat bovenaan de lijstjes van overheden, planners en
stedenbouwkundigen prijkt. Belgi谷 bengelt hier op dit vlak ook onderaan de lijst.
Brussel als file-hoofdstad van Europa. De gevolgen laten zich voelen in de welvaart,
het welzijn en een combinatie van beide. Bedrijven ontvluchten de fileknooppunten6
wat leidt tot een sprawl, die net haaks staat op de vaak uitgesproken noodzaak voor
verdichting7
. Dit nijgt naar kortetermijn-oplossingen. De Belgen presteerden het in
2015 om gezellig samen 1200 uur in de file te staan. Dat zijn 50 dagen. Verloren tijd
voor de deelnemers van de congestie, de bedrijven die de bestemming van de ritten
vormen en niet te vergeten, de lucht die we met zijn allen toch best nodig hebben.
De situatie is echter nooit helemaal zwart, hooguit grijs. Een bepaalde sector die de
laatste jaren astronomische groeicijfers kan voorleggen bewijst dat de behoefte om
het anders te doen in stijgende lijn zit. De plooifiets kan niet snel genoeg
geproduceerd worden. Wereldwijd vindt elke tien minuten een exemplaar van
Bromptom een nieuwe eigenaar8
. Hoewel veel gezegd kan worden over de
uitstekende makelij en onge谷venaarde kwaliteit van deze, ondertussen, lifestyle-
producten, is het product zelf niet de trend. Dit is nooit het geval. Een trend gaat
over de mensen erachter en hun motivatie. De beweegredenen vertellen het
verhaal. In dit geval wordt gezocht naar alternatieven of wordt er geshift naar een
andere benadering van mobiliteit en wat het betekent om mobiel te zijn.
In een context van urbaan gebied verandert de terminologie rond plooifietsen of
andere alternatieven naar meer dan mobiliteit alleen. Het gaat bijkomend ook niet
over de fietsenindustrie. We spreken van de urban living industrie. Leven in de stad,
voor iedereen. Een ruimere interpretatie ervan. Hybride is het kernwoord.
Pragmatiek in het kiezen van de plaats van wonen en werken zodat andere, vooral
zachtere vormen van mobiliteit, aan de orde zijn.
5
http://www.pwc.nl/nl/megatrends/urbanisatie.html
6
http://www.vmx.be/7-op-de-10-bedrijven-noemt-mobiliteitsprobleem-reden-om-brussel-te-verlaten
7
http://www.vilt.be/bouwmeester-wil-iets-doen-aan-verkavelingsdrift-vlaming
8
http://www.tijd.be/ondernemen/consumentengoederen/Onze_fiets_verandert_levens.9715892-
3072.art?ckc=1
3. Koning auto treedt heus niet af, overigens. Een verschuiving in de perceptie van bezit
van een auto waarschijnlijk wel. Autodelers, nu, bezitten 30% minder wagens dan
voor ze hiermee begonnen. Ze maken 15 tot 20 % minder kilometers dus ook 230 tot
320 kg minder CO2 uitstoot per jaar.9
De essentie van Cambio, een collectief auto-
deel-initiatief van onder andere Taxistop, NMBS en De Lijn, kan dan ook illustratief
omschreven worden als: Ja, ik heb een auto, maar alleen als ik er mee rijd.10
Dit laatst aangehaalde punt strookt tevens helemaal met een op te merken
paradigma-shift bij voornamelijk de millenial generatie11
, of gen-Y. Mensen geboren
tussen 1984 en 2004. Deze verschuiving omvat de verlegging van het zwaartepunt
van welvaart naar welzijn. Of: de beoordeling van levenskwaliteit op basis van
ervaringen en gevoel boven weelde en status. Concreet brengt dit een verlaging in de
zogenaamde symbolische consumptie met zich mee. Of wordt het in ieder geval
minder belangrijk, merken, logos, en design te consumeren.12
Marketeers dwepen
al langer met het idee om niet producten, maar net ervaringen aan te prijzen.
Experience-economy13
.
Implementaties en gevolgen hiervan zijn de opkomst van peer-to-peer netwerken,
share-tendensen en alles waar Co- kan voor geplaatst worden. Co-creation, Co-
working, Co-mmunity maar ook Co-housing. Opnieuw deels gedreven door de
vermindering van beschikbare plaats, is er een verhoogde tolerantie tot het delen
van ruimte. De oppervlakte waarover men dan louter priv辿 beschikt, verkleint.
De totale, - deels gemeenschappelijke -, ruimte wordt des te groter. Een kwestie van
geven en nemen. Voorbeelden in de praktijk vari谷ren sterk in termen van grootte en
mate van engagement, maar ze berusten allemaal op hetzelfde principe: samen heb
je en kan je meer14
. Synergie en co-operatie.
De principes hiervan kunnen in een wooncontext ook verder ge谷xploreerd worden in
het vinden van nieuwe vormen van wonen. Belangrijk is hierbij het concept van
burgerinitiatief en vlakke hi谷rarchie in het ontwikkelproces. Stadsbesturen
beschouwen dan een woon-unit als partner in creatie en communiceren volledig
open en transparant. Een absolute vereiste in het bereiken van innovatie bij
projecten is dus een open en collaboratieve aanpak. Met toenemende dreiging van
diverse problematieken in het vooruitzicht, is innovatie the only way to go.15
9
http://www.pbl.nl/sites/default/files/cms/publicaties/PBL_2015_Effecten%20van%20autodelen_1789.pdf
10
www.cambio.be
11
https://www.bol.com/nl/p/latte-macchiato/1001004006859974/?country=BE
12
http://bnk.tijd.be/klantenbeleving/computer-personaliseren-zal-nooit-persoonlijk/
13
http://www.hansvanderloo.nl/imgUser/file/file/Experience_economy.pdf
14
https://www.virgin.com/entrepreneur/co-living-next-big-trend
15
http://www.tijd.be/connect/innovatie/Innoveren_meer_dan_ooit_absolute_noodzaak.9646420-
8099.art?ckc=1
4. Een ander element in het Co-verhaal is het aspect van de bouw van een dens
sociaal weefsel. Kangoeroe-wonen16
kan als goed voorbeeld beschouwd worden.
Ook zorg-wonen genaamd, houdt in dat er kleinere woongelegenheid binnen een
bestaande woning gecre谷erd worden zodat een aantal oudere/hulpbehoevende
personen kunnen inwonen. Samenhorigheid en groepsgevoel bevorderend, bovenop
een gevoel van identiteit en inclusie.
Gemeenschappelijk groen speelt hier ook een grote rol. Verdichting van bewoning
zorgt logischerwijs ook voor een verkleining van de waarschijnlijkheid in het bezit van
een eigen tuin. 75% van de Belgen bezit vandaag een tuin17
, sterk vari谷rend in
grootte en functionaliteit. Dit vormt een cruciaal element in het thuisgevoel.
Indien de mogelijkheid zich niet aandient voor bezit, moet er via de weg van
gemeenschappelijkheid een oplossing geboden worden. Publiek groen wordt eigen
groen. Opnieuw focus op gebruik, eerder dan op eigendom. Vormen hiervan kunnen
nieuwe park-vormen, publieke stadstuinen, volkstuintjes en gedeelde moestuinen
zijn. Plaatsen van samenkomst en buurtengagement. Verdichting in woningbouw
maar zoals bij een lappendeken, hier en daar een lap (patch)-groen of openheid
inbouwen.
In de verdichting van huizenbouw zit ook een verdichting van groen. Elke vrije
beschikbare oppervlakte moet groen zijn; wat deels een psychologische factor is.
Verticaal groen en daktuinen zijn een exponent van dit fenomeen. Als er geen ruimte
is voor groen, wordt het tegen- of op het gebouw- gekleefd. Groen is niet
noodzakelijkerwijze verbonden aan duurzaam. Een vaak gehanteerde misconceptie.
Duurzaamheid zit in veel meer dan bloemen, planten en bomen, die traditioneel als
groen worden gezien. Er kan zeker gesproken worden van groen als element binnen
het totaalplaatje van duurzaamheid, maar slechts als schakel in de ketting.
De moeilijkheid hierbij kent ook een oorsprong in de beeldcultuur die de plak zwaait
in de maatschappij. Mensen worden sneller en makkelijker verleid door beelden in
communicatie, dan door louter verhalende stukken. Dit, voor een stuk door de
overload aan (beeld)-prikkels uit diverse kanalen. Een doorsnee manager krijgt anno
2010 meer dan tweeduizend keer zoveel informatie binnen als in de jaren tachtig. 18
Mensen zijn vervolgens simpelweg op zoek naar het fantastische in beelden maar het
fantastische moet ook inhoudelijk, achter de schermen aanwezig zijn. Ecologie,
duurzaamheid of groen, eender wat, valt of staat met een samenhangend,
pragmatisch beheer en dito inzet van middelen.
16
https://www.ruimtelijkeordening.be/NL/Beleid/Vergunning/Vergunningnodig/Zorgwonen
17
http://www.iliv.be/nl/onderzoek/belg-heeft-niet-alleen-een-baksteen-zijn-maag-maar-ook-een-tuin
18
http://www.guuspijpers.com/documenten/SAR%20-%20DOCS%20-%20Information%20Overload.pdf
5. In een context van wonen en woningbouw wordt volop ingezet op kwantificatie van
duurzaamheid en ecologie. Vanuit diverse overheden en bestuursniveaus wordt
gegooid met keur-labels, ecologie-indexen, quotas en normen. Dit zorgt enerzijds
voor transparantie maar ook voor verwarring bij de eindklant: de bewoner.
Wel duidelijk zijn de implicaties die de vooropgestelde BEN norm vanaf 2021 zal
hebben. Vooral voor de kostprijs zal dit verregaande gevolgen met zich
meebrengen19
. De investering komt echter vooral initieel en wordt ruim
gecompenseerd met de loop der tijd. Het zal een bittere pil zijn om te slikken in de
aankoop, maar de vruchten worden geplukt in termen van elektriciteit- en
verwarmings-facturen. Resulterend in een kostenbesparing van 75% in dit
compartiment voor een gemiddeld Vlaams gezin.20
Duurzaamheid kan en moet ook ruimer opgevat worden. Het verhaal stopt niet met
de juiste materiaalkeuze en grondige isolatie. Mobiliteit en locatiekeuze spelen hier
bijvoorbeeld ook een grote rol in. Zo is het een bewuste ecologische keuze om in -, of
nabij - de stad en het station te wonen waarbij men milieuvriendelijke
verplaatsingsmiddelen hanteert. Menselijke intenties en hun gedrag moeten ook
duurzaam zijn. Opnieuw is het op de helling zetten van de waarde van bezit hier een
goed voorbeeld van.21
Het delen van gemeenschappelijke goederen binnen het
sociale weefsel van een woonunit of community is een stap in de juiste richting.
Bewuste keuzes maken kan ook betekenen dat er offers moeten gemaakt worden op
bepaalde vlakken. Zij die het voortouw nemen opteren dan ook bewust meer te
betalen. In Stockholm woont een deel van de elite in de hyper-ecologische wijk
Hammarby22
. Prijskaartjes van duizend euro voor een studio van 30m族 zijn de norm
in plaats van de uitzondering. Ze worden met graagte betaald. Dit is een
opmerkelijke evolutie. Het duidt op een intentie van een doelgroep die een zekere
voorbeeld-/afgunst-positie bezit. Ze vervullen daarbij een pioniersrol. Waar ze
historisch altijd in de meest extravagante (en spatieuze!) kastelen, landhuizen of
villas vertoefden gaan zelf zij, voor kleiner en duurzamer.
19
Nieuwbouw volgend jaar duurder door energie-eisen De tijd 10/10/15
20
http://www.bouwwijs.be/sites/default/files/agenda/files/Ecobouwers_Opendeur_2014_campagnemagazine
.pdf
21
http://trends.knack.be/economie/immo/moeten-klassieke-vastgoedspelers-bang-zijn-van-digitale-
nieuwkomers/article-normal-538563.html
22
http://www.tijd.be/ondernemen/bouw/Hypergroen_maar_peperduur_wonen_in_Stockholm.9708749-
3101.art?ckc=1
6. Door al het voorgaande te distilleren, kan een schema worden opgesteld waarrond
hedendaagse architectuur en/of woonprojecten zich moeten situeren.
Waarop ingespeeld kan worden, en wat de elementen zijn waar de consument nu
wel echt mee bezig is.
De gehanteerde structuur vertrekt van binnen naar buiten en behandelt drie
verschillende omgevingsniveaus. Micro, meso en macro.
Micro
Het eerste niveau, micro, behandelt de
mensen. De bewoners en hun gedrag,
normen, waarden en motivaties maar
ook hun identiteitsvorming. Cruciaal
hierbij valt op te merken welke positie
ze nemen in het proces om ergens te
willen gaan wonen en wat de evolutie
hierin is. Het gaat over machtspositie en
mate van ge誰nformeerdheid.
Steden vormen een enorme
aantrekking. Ze vormen de plaats van
opportuniteit en voorspoed.
Men wil logischerwijs graag wonen,
dicht bij waar het allemaal gebeurt.
Being where the excitement is. Er is een
grote identificatie met de stad. Ik ben
Gentenaar, Brusselaar of ik ben van t
Stad, zijn belangrijke pijlers in iemands
identiteit. Daarentegen is wonen in een
stadscentrum in de huidige stand van
zaken vaak gevuld met irritaties,
strubbelingen en groeipijnen. Volledig
mobiel zijn is moeilijk, de auto valt
nergens te parkeren en fietsen worden
gestolen. Voor gezinsuitbreiding is er
nauwelijks plaats, want meer ruimte is
onvindbaar of onbetaalbaar.
Toch blijft er ingezet worden op
verdichting. Dat verstedelijkte blijft naar
voor komen. De consument zoekt dus
naar dat groepsgevoel, dat identiteits-
7. bouwende of verwant zijn met haar stad; maar liefst wel met bewegingsvrijheid,
plaats voor zelfontplooiing en de nakomelingen, omgeven door groen en als het nog
even kan, liefst betaalbaar ook. Er valt een spanningsveld op te merken. De
consument wil dingen die in s辿, elkaar uitsluiten. Net dit, is 辿辿n van de grote
eigenschappen en evoluties in consumenten-psychologie: we spreken niet meer van
een consumer maar van een prosumer.
De Prosumer is een professionele consument. Hij is niet ge誰nteresseerd in
compromissen. Hij wil het allemaal. n ruimte, 辿n groen, 辿n mobiliteit, maar toch
ook nog Gentenaar zijn. Bovenal is hij erg ge誰nformeerd. Gedreven door de digitale
revolutie beschikt hij over meer kennis dan ooit. In een aankoopsituatie is assistentie
van winkelmedewerkers al lang niet meer aan de orde. Alle kennis is al opgedaan op
voorhand. Het huiswerk is gemaakt. Waarschijnlijk overstijgt zijn kennis zelf die van
de medewerker. Probeer hem dan ook niets wijs te maken. Hij wil echtheid. De
waarheid. Slechte ervaringen en leugens worden steevast op sociale media gedeeld.
Hij heeft de touwtjes in handen.
Vervolgens wil de prosumer, als alle
harde criteria voldaan zijn, ook
aandacht voor het zachte.
Verhalen, projecten en ervaringen
krijgen een belangrijke plaats. Hij stapt
niet in een woonontwikkeling maar in
een woonproject, waarbij identiteit en
profilering van zichzelf en zijn
woonplaats een boeiend verhaal
moeten zijn. Daarnaast moet er de
mogelijkheid zijn zich te engageren in
dit verhaal om met zijn
peers/lotgenoten, buren,
buurtbewoners iets te cre谷ren dat
authentiek en uniek is.
Wij zijn Stockholmer maar niet zomaar
Stockholmer, wij zijn Hammerby-er.
8. Meso
Meso behandelt de middelgrote omgeving. Het veld dat niet meer binnen onszelf
ligt, maar waarin nog invloed kan uitgeoefend worden. Minder over de mens of
bewoner, maar over locatie, bouw, omgeving of infrastructuur.
Locatie is alles. Daar begint het mee. Gestandaardiseerde projecten zijn iets uit het
verleden. Er wordt in zo goed als elke sector gestreefd naar gepersonifieerde
productie van goederen en diensten. Architectuur mag niet anders zijn. Voor elke
locatie moet een project gecre谷erd worden dat optimaal en maximaal gebruik maakt
van de voorhanden zijnde omgeving en eigenschappen. Elk project moet een
synergetisch effect hebben op zijn buren. Het heeft weinig zin een woonproject te
realiseren die de ruime omgeving onveranderd laat. Dit kan op verscheidene
manieren, bijvoorbeeld op vlak van (nieuw) groen en mobiliteit.
Spreken van B-locaties heeft nog weinig zin. Alle traditionele A-locaties zijn al
ingenomen en volgebouwd. De boodschap luidt: elke locatie heeft de capaciteit, een
toplocatie te worden waar mensen graag willen wonen. Zolang er ingezet wordt op
een aantal uiterst belangrijke factoren.
Mobiliteit is cruciaal. Niet in enge
zin, ergo toegangswegen voor
autos maar in termen van
multimodaal transport. De
bewoner trachten te pushen naar
een bepaalde manier van zich voort
te bewegen, heeft geen zin. Het
gaat erom, de mogelijkheden aan
te reiken.
U wilt uw wagen kunnen parkeren?
Voorzie een parkeergarage.
U heeft geen wagen maar wil een
auto delen? Voorzie een Cambio-
hotspot.
U heeft een plooifiets en
combineert deze met openbaar
vervoer? Hier is een fiets-snelweg,
die u rechtstreeks verbindt met het
centrum van de stad.
Keuzevrijheid is hier dus essentieel. Dit geldt niet enkel voor mobiliteit.
Ook de aanwezige ruimtes in gebouw en omgeving moeten dit principe hanteren.
9. Zet zelf geen hip co-laboratorium op maar biedt de mogelijkheid aan de bewoners
om dit lekker zelf te doen. Zorg er dus voor dat alle middelen voor handen zijn om de
mens volledig zijn ding te laten doen en zichzelf naar wens te ontplooien. Hier is de
ruimte, hier zijn de middelen.
Volledig deze principes in acht houdend, moet
er ruimte zijn voor groen. Liefst zo dichtbij
mogelijk. Leven tussen het groen wil iedereen.
Grote voorwaarde is dat alles wel onder
controle moet blijven. In volle ironie is er de
wens om in, en tussen, ongerepte natuur te
wonen, maar natuur in zijn onaangeroerde
vorm, sluit elke vorm van wonen radicaal uit.
Hierdoor ontstaat de nood een balans te vinden
in de creatie van een groene omsluiting die
zichzelf in stand houdt. Een evenredige
machtsverhouding tussen mens en natuur.
Een billijke overeenkomst in volle pragmatiek.
Algemeen, is ruimte een kernwoord.
De bewoner zoekt een 竪n/竪n verhaal. Geen
compromis. Alle componenten moeten
aanwezig zijn en hoewel in alle
waarschijnlijkheid slechts een deel gebruikt
wordt, is het gevoel van vrijheid verheerlijkend.
10. Macro
De macro omgeving omvat de zaken van bovenaf. Zaken waar weinig invloed op uit
te oefenen zijn en die het verst verwijdert zijn van een woonproject zelf. Het gaat
over algemene tendensen binnen sectoren.
De vastgoedsector in zijn geheel, bijvoorbeeld, kent een aantal evoluties. Het
bestaan ervan op zich komt binnen aanzienbare tijd, logischerwijs, niet in het
gedrang. Zoals eerder aangehaald beantwoordt wonen, au fond, altijd aan een
elementaire basisbehoefte. Die van onderdak en comfort. De manier waarop de
vastgoedsector zich gedraagt, moet zich wel schikken naar veranderingen in gedrag
van de eindklant in het zoek- en aankoopproces.
De hulpmiddelen die de
consument (prosument) hanteert,
als eerste voorbeeld.
In ware prosumer stijl, wordt
getracht veel meer op zelfstandige
basis te zoeken. Vastgoedkantoren
hebben al langer dan vandaag een
website waarop, in marktplaats
stijl, zoekertjes op te zien zijn. Dit
was tot op heden een
辿辿ndimensionale vorm van
communicatie.
E辿n zender naar veel ontvangers.
De aanbieder zet zijn advertentie
op de website en de bezoeker
vindt ze, of net niet. Een aanpak
onderhevig aan toeval en gebruik
makend van veel
gestandaardiseerde content.
Bijvoorbeeld de mobiele
vastgoedapplicatie Realo
verandert de zaken. Hierbij is het
de eindklant die door middel van
heel gespecifieerde
zoekalgoritmen over zijn gedrag en
situatie, een ultra-
gepersonaliseerd zoekresultaat
voorgeschoteld krijgt.
11. De communicatie is veel meer een dialoog. Het algoritme is dermate geavanceerd
dat het in staat is steden op te delen volgens buurten in termen van prijsniveau,
samenstelling van bevolking en houdt rekening met nabijgelegen infrastructuur en
mobiliteit. En knap staaltje disruptieve innovatie door het gebruik van big data.
Dit, in combinatie met verscheidene diensten die de verkoper van een woning of
vastgoedmakelaar, in staat stelt de ruimtes volledig digitaal om te zetten. Hierdoor
wordt het mogelijk woningen van op afstand virtueel te bezoeken. Google maps,
Google Streetview hier aan toevoegen resulteert in volledige transparantie voor de
koper. Weinig ruimte voor verkooppraatjes en zaken te verbloemen.
What you see is what you get.
Terug verwijzend naar Maslows piramide van behoeftes kunnen we besluiten dat
wat het betekent om te wonen, een combinatie van behoefte-bevredigende
oplossingen is. Daar iedereen moet wonen, liggen de zwaartepunten voor iedereen
elders. Echter zijn er wel enkele tendensen opgelijst die een kader scheppen waarin
deze oplossingen te vinden zijn. Deze bewegen organisch mee met de conjunctuur.