1. meest aantrekkelijke maatregel te
kiezen. Puntsgewijs bestaan de
volgende regelingen:
Werknemer:
1. De reguliere studiefinanciering van
de overheid;
2. Aftrek studiekosten in de aangifte
inkomstenbelasting. Daarbij geldt in
2013 een drempel van 250,-. Een
vergoeding van de werkgever moet
in mindering worden gebracht.
Verder wordt de aftrek beperkt
indien recht bestaat op
studiefinanciering;
3. Aftrek in de aangifte inkomsten足
belasting bij ouders die de
opleidingskosten betalen voor een
kind jonger dan 21 jaar dat geen
recht heeft op kinderbijslag of
studiefinanciering;
4. Verhoogde schenkingsvrijstelling
voor ouders aan kinderen in de
leeftijd tussen 18 en 40 jaar voor
een studie die duurder is dan
20.000,- per jaar;
Wet vermindering afdracht (WVA)
Vooral de WVA kan zeer aantrekkelijk
zijn voor werkgevers. Werkgevers
moeten loonheffing inhouden op het
salaris van een medewerker en afdragen
aan de Belastingdienst. De WVA biedt
een korting op deze afdracht. De korting
kan oplopen tot maximaal 3.274,- per
werknemer per jaar. Het is opvallend
dat menig werkgever niet bekend is
met de WVA waarbij deze directe
vermindering van de af te dragen
loonheffing voor studerende werkne-
mers wordt geboden.
De korting is afhankelijk van het soort
opleiding dat de werknemer volgt.
Hierna staan de kortingsbedragen
vermeld zoals die gelden per categorie.
De bedragen zijn de vastgestelde
maxima voor 2013.
Omvang afdrachtvermindering
per categorie:
2.700,- voor een werknemer waarmee
een leer-werkovereenkomst is gesloten
in het kader van een beroepsbegelei-
dende leerweg; iemand die bij u werkt
in het kader van een initi谷le opleiding
in het hoger beroepsonderwijs;
5. Over onderwijs is geen btw verschul-
digd en is daardoor goedkoper.
Ook geldt een laag btw-tarief op
(digitale) studieboeken.
Werkgever:
6. Opleidingskosten aftrekbaar van
het bedrijfsresultaat;
7. Onbelaste vergoeding van
opleidingskosten aan werknemers;
8. Een korting op de af te dragen
loonheffing voor studerende
werknemers (WVA);
9. Branche specifieke opleidings- en
ontwikkelfondsen, welke subsidies
verstrekken vanuit het Europees
Sociaal Fonds voor diverse opleidin-
gen van werknemers. Sommige
fondsen bieden zelf cursussen aan
of ontwikkelen scholingsprojecten
voor de sector. De mogelijkheden en
voorwaarden verschillen per sector.
Het bedrijf moet bij het O&O fonds
zijn aangesloten. Raadpleeg
hiervoor de brancheorganisatie;
10.Kosten voor EVC procedures
(Erkenning Verworven Competenties)
worden ook als scholingsuitgaven
beschouwd.
Dat opleiden belangrijk is behoeft geen toelichting. Buiten het feit
dat een opleiding een stimulans kan zijn om meer en beter te
kunnen presteren, is het ook fiscaal aantrekkelijk om een werk足nemer
te laten studeren. Dit artikel zet de belangrijkste fiscale regelingen
onder elkaar.
D
e overheid stimuleert het
opleiden van werknemers
door fiscaal tegemoet te
komen in de kosten voor een
opleiding. Bij opleidingskosten moet
niet alleen gedacht worden aan
collegegeld, boeken en examengeld,
maar bijvoorbeeld ook de aanschaf
van een computer welke noodzakelijk
is voor het onderwijs.
Relevant onderwijs
Het is van belang te kijken naar het
soort onderwijs. Enkel relevant
onderwijs voor de huidige baan of
toekomstige carri竪re komt voor fiscale
faciliteiten in aanmerking. Andere
opleidingen en cursussen die iemand
volgt vanuit de eigen interesse of
hobby en niet gaan leiden tot
(toekomstige) inkomsten worden
niet fiscaal gefacilieerd.
Mocht de opleiding de voorgaande test
doorstaan, dan zijn er ruwweg 10
verschillende maatregelen ter
bevordering van het onderwijs.
Deze vallen uiteen in werknemer- en
werkgever gerelateerde regelingen.
Houd rekening met het feit dat de
regelingen veelal niet tegelijk kunnen
worden toegepast. Het is raadzaam de
STUDEREN OP KOSTEN
VAN DE
BAASEEN OVERZICHT VAN DE FISCALE ONDERWIJSFACILITEITEN
Een belangrijke tegemoetkoming
voor werkgevers is de WVA, deze
voorziet in een korting op de af te
dragen loonheffing.
BRABANTBREED |ACCOUNTANCY 9| BRABANTBREED ACCOUNTANCY8
3.274,- voor een werknemer die
vroeger werkloos was en die aan足
gewezen scholing volgt om op
startkwalificatieniveau te komen;
2.728,- voor een werknemer:
die is aangesteld als onderzoeker of
assistent in opleiding (OIO of AIO) of
als promovendus bij een universiteit;
die is aangesteld bij een privaat-
rechtelijke rechtspersoon of TNO;
die een leer-werktraject volgt in het
3e of 4e leerjaar van het vmbo.
1.297,- voor een stagiair die minstens
2 maanden lang een stage volgt voor
een beroepsopleidende leerweg op
mbo-niveau 1 of 2. De stagiair hoeft
niet in dienst te zijn.
Tot slot geldt nog een vast bedrag
van 327,- per procedure Erkenning
van Verworven Competenties
(EVC-procedure).
Mocht u op basis van voorgaande
categorie谷n menen dat u mogelijk in
aanmerking komt voor een korting, dan
is het raadzaam uw salarisadministratie
hiervan op de hoogte te brengen. Deze
kan eventuele aanvullende voorwaar-
den toelichten en/of de korting
verwerken in de loonadministratie.
mr. Rob P.M. Hoeks FB
Fiscaal strateeg
robhoeks@feros.nl
linkedin.com/in/robhoeks
FEROS financieel en fiscaal strategen
Bleekstraat 1 / Postbus 6209
5600 HE Eindhoven
Tel: (040) 252 03 25
www.feros.nl
Opleiding in 2013 fiscaal aantrekkelijker
dan in 2014.
TIP
Let er op dat deze faciliteit sterk wordt
afgebouwd. De korting zal in 2014
minder zijn dan in 2013. Om optimaal
gebruik te maken van de regeling, is het
raadzaam op korte termijn te (laten)
beoordelen of u voor de WVA in
aanmerking komt.
Conclusie
Er bestaan verschillende fiscale
regelingen die het volgen van
onderwijs stimuleren. Sommige
regelingen gelden voor werknemers,
andere voor werkgevers. Een belang-
rijke tegemoetkoming voor werkgevers
is de WVA, deze voorziet in een korting
op de af te dragen loonheffing.
Raadpleeg uw salarisadministratie of u
hiervoor in aanmerking kunt komen.
Het voordeel wordt de komende jaren
versoberd, dus stel de opleiding niet uit.